lige abdij in het Zwarte Woud. Hij werd liefdevol opgenomen en in het ziekenhuis
van het klooster verpleegd. Daar kwam hij tot inkeer. Door bemiddeling van de
bisschop van Freiburg werd hij door de Paus van de excommunicatie ontslagen.
Zijn zuster Gisela was inmiddels naar Leeuwehorst teruggekeerd en hij
zelf trad als kloosterling in het klooster van Allerheiligenwaar hij als een
boedvaardige op hoge leeftijd stierf. Zijn goederen had hij geschonken aan de
Proostdij van Sint Maarten te Utrecht.
"De kronijck eindigt de legende met de woorden:
"Got gheve here Florens het hemerike
ende nu met hem al die ghelikeamen"
(Aldus het verhaal van pastoor Wils. Het isdenken wij, nodig hierbij aan te
tekenen, dat aan dit verhaal weinig tot geen historische waarde moet worden
gehecht, en totaal is ontsproten aan de fantasie van pastoor Wils.Red)
Gaan we verder met het verhaal van pastoor Van den Berg
"Voordat Akersloot was opgegaan tot zijn hoogste bloei, was hetadellijk
geslacht van Boekei evenals dat van Akersloot uitgestorven. Pastoor gewaagt
zelfs zoals wij hebben kunnen lezen, van de 11e eeuw, wat volgens eerdere gege
vens jaartallen te vroeg zou zijn. Voor het jaar 1280 schijnt het geslacht te
hebben opgehouden. Dan wordt de dijk, die van Lamoor, dwars door de moerassen
bosschen en vennen naar Heiloo looptaangelegd met goedkeuring van de graaf
van Holland, Floris Vdoor welke waterkering meer vruchtbaar land werd uitge
wonnen voor akkerbouw. Geen woord wordt er in dit manifest1280, saturdag na
vrouw-assumptiedaghantvest van de Boekelerdijk, gerept van de edelen van A-
kersloot noch van Boekei. Na bijna 60 jaar duikt de naam Boekei nog eens zeer
bescheiden op uit de stroom der vergetelheid en wel op 8 december van het jaar
1339, als graaf Willem III aan zijn hofbeambte en bottelierJan van Heemstede
de visscherij weggeeft in de BoekelersluisHet Boekeler stamhuis stond leeg
en ging ten gronde. Terwijl de daken vervielen en de muren begonnen af te brok-
31