AKERSLOOT ROND .1900
n kleine dorpen zoals Akersloot leefde men erg op zichzelfDe verbin
dingswegen naar naburige dorpen waren niet, zoals nu, geasfalteerd
maar bestonden uit de natuurlijke specie. In de droge tijden van het
jaar waren ze redelijk begaanbaarmaar men kan zich voorstellen hoe
het was na een natte periode. Vooral in herfst en winter waren zij slecht be
gaanbaar deels door de door paarden getrokken wagens, welke smalle wielen had
den met ijzeren banden.De door Dorregeest lopende weg naar Uitgeest was het
gunstigst gelegen, namelijk op een oude strandwalzodat deze relatief hoog bo
ven de polder lag. Anders was het gesteld met de weg naar Limmen en Castricum
deze liep door de Limmerkoog en doordat ze gelijk lag met de weilanden was ze
zeer kwetsbaar. De weg naar Alkmaar was altijd al hoog gelegentot 1823 ging
men over de Oost.erhoogedijk en daarna langs het NoordhollandskanaalIn Boekei
kon men linksaf, door de Boekelermeer naar Heiloo, of te voet door de Hoogegeest
via de Noordermolen, daarlangs kon men ook naar Limmen, langs het zwarte hek,
de Lije of de Grote Kuil. (nu nog mogelijkMet het pontveer kon men naar het
Oosten, over de onverharde ZuiddijK van de Schermer naar de Woud.e of de Stam-
:j\QOr
In het dorp was de situatie niet veel beter, enkele gedeeltes waren
verhard, meestal met materiaal van gesloopte gebouwen. De gemeente zag erop toe
dat deze wegen door omwonenden werden oncierhouden deze hadden namelijk onderhouds
plicht, tot ongeveer deze tijd.De gemeente ging over tot het aanleggen van het
bekende paardestraatjein de volksmond het "padje". Dit werk werd niet zelden
uitbesteed aan werklozen voor 0,20 per strekkende meter. Soms werd, om het he
lemaal af te maken, aan weerszijden van het straatje grind aangebrachtIn het
dorp waren bijna alle wegen omzoomd met wallen. Als men vroeger het hoge land
had afgezand werd de grond gebruikt om wallen langs de wegen op te werpen, deels