In 1918 itieni mijn vaden,64 jaan oud.Jan Leyen zette het
wenk voont.Na de oonlog wend beiloten dat mijn zui en ik het wenk
voont zouden zettenMij n zui wai ouden dan ik en ik dacht:"Hoe moet
dat nu aanitondiIk zou wel eeni tnouwen maan ik vond dat mijn zui
daan geen gezicht voon had.Ik wilde haan niet in de iteek laten.Maan
binnen een jaan kwam en een zekene Gennit Ovenpelt om de hoek kijken
en deed mijn zui een huwelijkiaanzoekMaan mijn zui zei tegen mij:
"Zolang jij niet gaat, ga ik ook niet". Vui....ik moeit tnouwen.
boten gemaakt. Ve boten wend In koppen gedaan en gekeend in een ge
lakt kouten kistje.Zo wend het op de mankt venkocht.Ook wend en bnei
voon de hele week gekookt in een kopenen potdie aan de heugel en
haak boven het vuun hing.lodna de bnei klaan wat wend die in een keulie
pot gedaan.
Ve jongend wenden gnoot en dat bnaeht zijn venbetening mee.
Toen mijn oudste twee bnoem tnouwden kneeg mijn vaden een kamenaad.
Veze Jan Leyen hielp mij bij het wenk.Hij heefit 12 jaan lang met veel
plezien en tot gnote voldoening bij om gewenkt.Toen ik in de oonlog
1914-191S in dienit moeit itond hij mijn vaden bij. In de dnukite
tijd knegen wij en een Geldenlandenpoepbij in dienit. We begonnen
ook een veendenij bij de Hoondenmolen.
Al gauw had ik de vnouw van mijn keu-6 gevonden. Mijn voonwaande wai:
een vnouw moeit gnoot veel van haan moeden houden.To en ik Jaanne Boon
met haan invalide moeden zag lopen,dacht ik:"Vat ii ze".We zijn ge-
tnouwd in 1920. Mijn zuiten kwam in de Molenbuunt,naait de timmenwin-
kel van Ovenpelt [nu ganage C. Venduin) te wonen.Ze had haan ichoonva-
den ovenhuiiMijn vnouw nam haan moeden mee, die nog twee jaan bij om
ii geweeit en daan heb ik nooit ipijt van gehad. We knegen vien doch-
tem en twee zoom.
Ve tijden wenden ilechten, de meeiten van mijn lotge
noten i chaoten een paan koe-cen aan, voon (51 8 00 ,- en laten voon fal 700 ,-
17