Onderstaand verhaal is het tweede uit de reeks jeugdherinneringen van Harry Stam.
Het is een vervolg op het verhaal Blij met weinig dat in de voorgaande uitgave van
Geestgronden is gepubliceerd.
Harry Stam (Arrie van de Makke)
VAN VISSERIJ NAAR KOOPVAARDIJ
Jeugdherinneringen uit eind jaren veertig, begin jaren vijftig
Na de trawlervisserij stapte mijn vader over op de koopvaardijvaart van
de Holland West Africa Line. Dat waren reizen die soms wel zes maanden
duurden en waarbij hij veel meer verdiende. Op een van die reizen nam vader
mijn neef Bertus Zwart {Bertus van Lenie Vetmee naar zee en werd daarmee
zeevaderen min of meer verantwoordelijk voor de opleiding van Bertus tot
matroos. Via de Scheepsberichten in 'Het Parool' volgden wij vaders reizen
in een engelstalige atlas, die hij ooit eens uit Engeland had meegenomen.
Gedurende die zeereizen stond mijn moeder er alleen voor en regelde het
dagelijkse leven. Mijn oudste broer Gerrit voer als kok op het passagierschip
'Oranje' en was ver van huis. Als jongetje van tien jaar was ik in het gezin de
oudste 'man' en hielp ik mijn moeder met houtjes hakken, kolen scheppen
voor de kachel en allerlei dagelijkse klusjes. Maar ook het slachten van het
konijn en de kippen behoorde tot mijn taak. Dat had vader me al heel jong
geleerd. Ik had er een bloedhekel aan om mijn eigen konijn dood te maken,
maar het slachten ging me goed af.
Afb. 13 Vrachtschip 'Nigerstroom' van de Holland West Africa Line. Foto:
Familie-archief Harry Stam.
Geestgronden, 25 (2018), nr. 2/3 79