De Berger en Egmondermeer verbeurd verklaard De gevluchte Hendrik van Brederode sterft een klein jaar later in balling schap. Op zijn sterfbed - 15 februari 1568 - schrapt hij Willem van Oranje uit zijn testament, omdat Brederode teleurgesteld is in de steun van de prins aan de opstand.(37) Nog dezelfde dag overlijdt Brederode - kinderloos. Zijn petekind, Hendrik van Holstein-Schaumburg (1566-1597), wordt erfgenaam van de heerlijkheden 't Oghe (Callantsoog) en Bergen (inclusief de Berger- meer). Brederodes echtgenote, Amalia van Nieuwenaar (1540-1602), krijgt het levenslange vruchtgebruik/38' De Raad van Beroerten heeft Brederode drie weken voor zijn overlijden verzocht naar de Nederlanden te komen om zich te verantwoorden voor zijn eerdere verzetsdaden. Als onderdeel van de straf worden zijn goederen, inclusief de heerlijkheid Bergen en de landerijen in het Bergermeer, tweeënhalve maand na zijn dood bij verstek verbeurd verklaard aan koning Philips II. Het lot van Egmont is breed bekend. Alva stelt op 4 juni 1568 een daad met het doodvonnis van de graven Egmont en Horne. Hun eigendommen (dus ook de het bezit in de Egmondermeer) worden verbeurd verklaard aan de koning. De volgende dag worden de graven onthoofd op de Grote Markt te Brussel en hun hoofden voor twee uur op de punten van hellebaarden ten toongesteld. Het volk rouwt om de geliefde Egmont en keert zich verder af van het bewind van Alva en Philips II.(39) De dood van Egmont, de winnaar van Saint-Quentin en Grevelingen, maakte overal in Europa grote indruk. Met de Pacificatie van Gent in 1576 worden de verbeurdverklaringen onge daan gemaakt en krijgen de erfgenamen van Brederode (zijn petekind Hen drik van Holstein-Schaumburg) en van Egmont (zijn oudste zoon Philips van Egmont, 1558-1590), aanspraak op de heerlijkheid respectievelijk het graafschap en daarmee de bezittingen in de Berger- respectievelijk Egmon dermeer terug. Macht en zeggenschap Het recht van aanwas, nieuw land dat ontstaat door aanslibbing, inpoldering of droogmaking, kwam toe aan de Graaf van Holland. In het verleden is voor het land onder Egmond dit recht aan de Abdij geschonken. Voor Heiloo is het recht van aanwas aan dorpelingen (buren) van dit ambacht verkocht door Graaf Willem III in 1329, 'dat geworpen aan gegroeid is uit (de) Berger- meer '.<40) Zoals reeds aangegeven bij het initiatief hebben de twee heren op basis van hun rechten als graaf van Egmond en als heer van Bergen - zonder octrooi 38 Geestgronden, 25 (2018), nr. 1

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Geestgronden - Egmonden | 2018 | | pagina 40