De hoogte van het tolgeld werd gespecificeerd in bij lagen bij de respectievelijke
koninklijke besluiten. Wanneer de geldleningen te zijner tijd zouden zijn
afgelost, dienden de tarieven opnieuw bekeken te worden.
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland hadden in het geval van Alkmaar
naar eigen zeggen aanvankelijk bij vergissing het verkeerde tarievenlijstje
bijgevoegd. Daardoor was er een extra koninklijk besluit(4c) nodig om het al
goedgekeurde 'foute' lijstje in te trekken en de juiste tarieven en voorwaarden
van kracht te doen zijn. In werkelijkheid bedongen de polderbesturen
tolvrijdom voor de landbouw en voor hun eigen activiteiten. Pas nadat dit
geregeld was in het tweede koninklijk besluit en terwijl de werkzaamheden
aan de weg al waren begonnen, tekenden ze voor de eerder genoemde
financiële bijdrage.
Na de koninklijke goedkeuring voor de ondernemingen kon de aanleg
beginnen. Alkmaar ging voortvarend te werk: al op 30 april 1846 werd de
Hoeverschelpweg geopend (5). De Egmonderstraatweg en het bijbehorende
tolhuis (Afb. 6) werden met het geëigende ceremonieel in gebruik genomen
op 15 maart 1847(2b). De verbinding van Egmond aan Zee met Alkmaar (Afb.
7) was daarmee een feit.
Afb7 De verharde route van Egmond aan Zee naar Alkmaar (geblokt, bestaande
uit de Alkmaarseweg [Egmonderstraatweg] en de Hoeverschelpweg) op een
uitsnede van een kaart van de gemeente Egmond-Binnen uit 1866. De grens
tussen de gemeenten Egmond aan Zee en Egmond-Binnen is gemarkeerd
door een dikke zwarte lijn; tolhuis en tolboom bevonden zich sinds 1865
binnen de gemeentegrens. De Meerweg is nog niet bestraat. Bron: Gemeente
atlas (10).
118
Geestgronden, 24 (2017), nr. 4
n ar A if titrt
Ite.Urimtu.it