Jacquet en de fam. Berkenpas kwamen te wonen, kwam er een nieuwe
nummering en kregen wij nummer 10 toegewezen. We woonden met de
hele familie van mijn moeders kant, ooms, tantes en 'Opoe', vlak bij elkaar.
Wilhelminastraat, Watertorenweg, Voorstraat en de Kerkstraat.
We liepen ook langs het Vissersmonument waar we vaak speelden en
bezochten natuurlijk het kerkhof waar onze ouders begraven liggen. Verder
gingen we langs het oorlogsadres aan de Zevenhuizerlaan 69 in Heiloo
waar de familie Zentveld werd ondergebracht toen Egmond aan Zee door
de Duitsers geëvacueerd werd. De adressen hadden we weten te achterhalen
door papieren en foto's te ordenen nadat onze ouders overleden waren.
Ook de foto met onze moeder in klederdracht tussen de tulpen. De foto was
eigenlijk een ansichtkaart. Het met potlood geschreven adres achterop was
nog duidelijk leesbaar. Trijntje Smit, Pieterkeukenstraat nr. 544, Volendam.
Alleen de kaart was nooit verstuurd. De postzegel ontbrak en er stond ook
geen afzender op.
Wie is dat meisje op de foto?
Op een prachtige nazomerse dag in oktober reden we met mijn vrouw
en kleinzoon naar Volendam. "We gaan detectievetje spelenvertelden
we hem. Op de PC hadden we al het voorbereidende werk gedaan. De
Pieterkeukenstraat, wat we in eerste instantie toch wel een vreemde naam
vonden, bleek te bestaan. Op Volendam hadden ze in vroeger jaren drie
kermissen per jaar. Maar dat vonden zelfs de Volendammers een beetje
teveel van het goede. Op verzoek van de Volendammer raadsleden Pieter
Keuken, Sijmen Tol en Hein Tuijp, waar later straten naar zijn vernoemd,
is dit in 1879 teruggebracht naar één kermis per jaar. Pieter en Keuken in
hoofdletters dus.
Na drie keer de Edammergracht voorbij te zijn gereden kwamen we in de
Pieter Keukenstraat. Een prachtig smal straatje met de karakteristieke
geveltjes in het oude centrum, vlak achter de 'Dijk'. Ondanks het mooie weer
was er geen kip op straat te zien. Nummer 544 bleek niet te bestaan zoals
we al verwacht hadden. De nummering ging niet verder dan 23. Even later
zagen we twee mensen van onze leeftijd een huisje ingaan. "Die moeten we
hebbenzei ik tegen mijn vrouw, die weten meer dan de jongerenNa
aangebeld te hebben ging de bovenste helft van de voordeur open. Een Smit
woonde er niet in deze straat wist de bewoonster al gauw te vertellen. Na een
kopie van de ansichtkaart en het adres te hebben getoond was de interesse
al gauw gewekt en kwam ook haar man in de halve deuropening staan.
98
Geestgronden, 24 (2017), nr. 2/3