De grens met Alkmaar liep langs delen van de Meerweg, door landerijen
en door de Grootegeestmolentogt (Afb. 15). De grens met Heylo volgde
grotendeels de Egmonder vaart(3) en liep vervolgens langs sloten: de Scheisloot
ten noorden van de Vennewatersweg en de Togtsloot (of Molensloot) ten
zuiden daarvan tot aan het punt waar de gemeente Castricum werd bereikt.
Vandaar ging het via langs perceelgrenzen gelegen sloten, greppels en wallen
in een rechte lijn westzuidwestwaarts tot aan de Noordzee, zij het dat die
grenslijn tussen Egmond binnen en Castricum bij het passeren van wegen
- het Zuiderwegje of Zuiderdijkje, de Limmerweg, de Hoogenweg en de
Heereweg - steeds even versprong (Afb. 16). Het stuk door de duinen was
gemarkeerd door grenspalen. De grenslijn komt volgens een aantekening op
de figuratieve schets der grensscheiding van de gemeente Castricum(5) uit op
ongeveer 225 meter ten noorden van strandpaal 43. Daarna volgt de grens
de Noordzee, buigt om Egmond aan Zee heen (Afb. 17), komt vervolgens
weer bij de Noordzee uit en volgt het strand noordwaarts tot de grens met
Wimmenum, het punt waar de opmetingen waren begonnen. Voor Egmond
aan Zee vervulden A. Krans en T. Plantijdt de rol van aanwijzer; Van Egmond
was tijdens het proces van grensbepaling schout van zowel Egmond binnen
als Egmond aan Zee.
Afb. 17 Figuratieve schets der grensafscheiding van de gemeente Egmond
aan Zee uit 1821. De gemeente wordt geheel omsloten door de gemeente
Egmond binnen en de Noordzee. Het grondgebied van de gemeente omvatte
de grond waarop de huizen en bijbehorende erven stonden met een 'uitgang'
naar zee. Bron: Regionaal Archief Alkmaar(6).
76 Geestgronden, 24 (2017), nr. 2/3