Maréchal Carets
Van de resterende beroepen behoren de meeste tot de reguliere bouw, het
ambacht en van de middenstand wel de noodzakelijke bakkers maar geen
kruidenier of slager, want men was nog grotendeels zelfvoorzienend. Aardig
is te vermelden dat de oude smederij/fietsenmakerij Kareis aan de Heeren-
weg in Egmond aan de Hoef in het jaar 1784 door ene Harmanus Carels werd
gekocht voor een bedrag van f 325. In het jaar 1813 wordt het overgeschre
ven op de naam van de zoon Johannes Carels. Piet Stenneberg heeft een nau
welijks leesbaar beroep: teinturier. Hij was volgens het Historisch Kadaster
(20) schilder/glazenmaker in de Hoef. Opvallend is verder de afwezigheid van
een Rooms-Katholieke pastoor naast de dominee Johan Reusse. En, om maar
met de herbergen te eindigen, kasteleyn Jean Roes tapte zijn biertjes in her
berg Het Huijs van Egmont (café Swart, nu het Wapen van Egmond-Binnen)
en André van Werven deed dat voor de dorstige Hoevers in herberg Het Rode
Hart.
Conclusie
Over het leven en de bestaansmiddelen van de Binnen-Egmonden in de Fran
se Tijd, aan de vooravond van de grote veranderingen in de negentiende eeuw
is ons nog weinig bekend. Met gegevens uit een beroepstelling, enkele sta
tistieken en historisch-geografische literatuur valt er hiervan wel een beeld te
schetsen. Drie vrijwel volledig agrarische dorpen, nog gedeeltelijk zelfvoor
zienend, maar ook met handelscontacten naar de markt in Alkmaar. En met
een landbouwsysteem dat nog volledig aangepast was aan de natuurlijke om
standigheden van de geestgronden en polders in Noord-Kennemerland. Dat
nog globale beeld nodigt uit tot verder detailonderzoek met behulp van het
voor Egmond zo waardevolle Historisch Kadaster van W.J. van den Berg.
32
Bronnen en noten
1 De Vooys AC.De bevolkingsspreiding op het Hollandse platteland in 1622 en 1795. KNAG
1953, blz 316-330.
2 Van der Woude, Het Noorderkwartier. Wageningen 1972. Blz 99ev
3 Zanden, J.L. van, Broncommentaren IV De Registres Civiques (1811, 1812, 1813), 1985
4 Van der Woude, Het Noorderkwartier. Wageningen 1972, blz 261
5 Brugmans IJ. Statistieken Nederlandsche Nijverheid. Provinciaal Archief Haarlem. Collec
tie aanwinsten nr 277
6 Le Francq van Berkhey, 1769. Natuurlijke Historie van Holland I, blz 66
7 Van der Woude, Het Noorderkwartier. Wageningen 1972, blz 513
8 Zonneveld JIS. Levende Land, Utrecht 1987. 'De historisch geograaf Keuning rekende de
nederzettingen op de geestgronden tot de incomplete esdorpen. Er zijn wel groenlanden voor
de productie van mest voor de akker, maar het heideveld voor de productie van schapenmest
ontbreekt'
Geestgronden, 24 (2017), nr. 1