slapen Dat kun je je nu toch gewoon niet meer voorstellen. Ook toen mijn
vader de zaak had overgenomen was dat nog zo. Zelfs het grote luik, waar
wel dingen door naar boven werden gebracht, zette mijn vader wel eens op
een kier. Dan klemde hij daar een schuier (borstel, waar wij de kleding van de
klanten mee afschuierden) tussen. Als kind vonden wij die luikjes o zo leuk,
want dan konden we van boven af mooi iedereen bespioneren. Totdat mijn
vader het doorhad. Al die tijd dat de Scheerwinkel in de Peperstraat zat (van
plm. 1900 tot 1965) is er binnen gerookt. Sterker nog, zelfs totdat Dick (de
derde generatie) stopte met de zaak aan de Kerklaan en er een eind kwam aan
drie generaties kapper Zentveld in 1996.
Tweede generatie. Toen mijn ouders, Huug Zentveld (1906-1959) en Trien
Schuit (1908-1995), in 1932 trouwden en de zaak overnamen heette het nog
steeds de Scheerwinkel en was mijn vader ook nog steeds de barbier. Mijn
vader was de enige van de zestien kinderen die de zaak wilde voortzetten.
Mijn opa en oma verhuisden naar het Achterom (daarvoor Burenlaantje
geheten, nu Dom Huybenlaan), waar zij een huis hadden laten bouwen
dat grensde aan de achtertuin van de Scheerwinkel annex woonhuis. Dit is
waarschijnlijk het moment geweest dat de combinatie café/scheerwinkel
stopte. Maar het mocht dan wel geen café meer zijn, het bleef een belangrijk
ontmoetingscentrum met een gezellige sfeer. Regelmatig kwamen er mannen
langs, die helemaal niet geknipt of geschoren hoefden te worden, maar die
gewoon voor de gezelligheid kwamen. Er werd ook gekaart. Vroeger werd
er veel gepandoerd en degene die bekend zijn met het spel zullen weten wat
een stil praatje is. Wel, elke week stond er een in de krant en die gingen ze
dan proberen op te lossen. Dat was niet makkelijk. Het was meer dan eens dat
mijn vader pas om 11 uur 's avonds de deur sloot.
Moeder Trien: 'Toen we trouwden was het crisistijd. Veel steuntrekkers met
10 gulden in de week. Scheren was toen 15 cent en knippen 25-30 cent.
Dus geen vetpot, maar met z 'n tweeën redde je het. Je was gelukkig. In die
tijd knipten veel vaders en moeders de kinderen zelf maar als er dan een
aangenomen werd (de Eerste Heilige Communie) kwamen ze bij Huug. Dan
kon hij er amper een model in krijgen en dan mopperde hij, want hij zat er
dan een heel tijdje an. Woensdags en zaterdags was het enkel scheren. Vader
Zentveld was dan inzeper. Ook woensdag 's avonds hielp hij, dan was het
altijd gezellig. Dan kwamen de broers van Huug ook altijd en mijn vader
(Dirk Schuit) was dan ook van de partij. Die kon zo smakelijk wat vertellen
en lachen. Ja, het was altijd erg gezellig in de scheerwinkel en je hoorde alle
Geestgronden, 22 (2015), nr. 4
123