VAN DE REDACTIE
Met het laatste nummer van Geestgronden van 2015 hebben we de dikste
jaargang van het bestaan van Geestgronden geproduceerd. 163 pagina's vol
met verhalen over de geschiedenis van Egmond. Dat mensen dat weten te
waarderen blijkt uit het feit dat we ook weer heel veel nieuwe donateurs
hebben mogen bijschrijven. Momenteel steunen 910 huishoudens Stichting
Historisch Egmond en daardoor hebben we de oplage van Geestgronden ver
hoogd naar 1100. De laatste jaren maken we steeds meer gebruik van een
kleuren middenpagina en dat maakt het tijdschrift extra aantrekkelijk.
Ook ditmaal weer drie boeiende verhalen over de Egmonden. Elke Egmond-
binner kent wel kapper Zentveld. Drie generaties lang schoor en knipte
deze familie de inwoners van het dorp. Eerst in de Peperstraat, later aan de
Kerklaan. Tini de Groot tekende dit sfeerverhaal op. In dit nummer het eerste
deel en in de volgende editie volgt het tweede deel. Stropen is heel lang een
geliefde bezigheid geweest van vele Egmonders.
Dat was deels noodzakelijk om in behoefte te voorzien, maar ook streng ver
boden. Het was vaak een spel tussen de stropers en de groenpetters oftewel
de jachtopzieners. Als een stroper gepakt werd kwam hij er vaak af met al
leen een boete, maar één keer ging het goed mis. Tijdens een stroperstocht
van Kees en Krijn Dekker wordt Krijn geraakt door een geweerschot van
jachtopziener Van den Berg. Carla Kager beschrijft op gevoelige wijze deze
tragische gebeurtenis.
Op de middenpagina ziet u twee delen van een drieluik. De twee delen heb
ben ooit in de Slotkapel gehangen en zijn nu in het museum Boijmans van
Beuningen te bewonderen.
Jos Hof heeft de achtergronden van deze altaarluiken achterhaald en er een
verhaal voor Geestgronden over geschreven.
De redactie wenst u allen veel leesplezier een heel goed 2016.
118
Geestgronden, 22 (2015), nr. 4