Met zo iemand hebben we hier van doen: Lamoraal van Egmont behoorde in zijn tijd tot de groten der Nederlanden. Stilstaan bij de inpoldering, betekent automatisch stilstaan bij deze interessante figuur. Al in zijn eigen tijd mocht de graaf zich verheugen in grote bekendheid. Het mag daarom niet verwonderen dat men zich ook tot ver na zijn dood en tot op de dag van vandaag met de graaf heeft beziggehouden. Dit artikel begint daarom met een beschouwing van de beeldvorming rondom Lamoraal van Egmont. Om met de woorden te spreken van twee hedendaagse historici: 'Tot op vandaag blijft het beeld van Egmond onduidelijk, vol clichés waaraan men moeilijk voorbij kan gaanT Het spreekwoord hoge bomen vangen veel windis goed van toepassing op de graaf. Als vooraanstaand edelman in de Nederlanden volgde men zijn doen en laten nauwgezet. Om te begrijpen hoe Egmont uiteindelijk in ongenade viel bij de koning, dient men eerst stil te staan bij het proces waarin de graaf opklom tot de hoogste geledingen van de maatschappij. Na de beeldvorming zal dan ook voorzien worden in een korte, biografische schets van de man. Tot slot passeren de laatste levensjaren van Egmont de revue: hoe ging het mis? De graaf werd gevonnist door de Raad van Beroerten Enkele archiefstukken uit de administratie van deze beruchte Bloedraad" die betrekking hebben op deze streek werpen nieuw licht op het handelen van de graaf in de laatste, turbulente fase van zijn leven. Beeldvorming rondom de graaf De lijst van bezittingen van de graaf is indrukwekkend. De volgende opsomming van bezit is een verkorte, omdat een volledige lijst bijna een pagina zou beslaan: de Egmonden inclusief kasteel en de abdij te Egmond- binnen, Hoogwoud, Aartswoud, Spanbroek, Oudkarspel, Warmenhuizen, Oterleek, Huisduinen, Oudorp, een huis in Oegstgeest, Harenkarspel, Zevenhuizen, de helft van Petten en Zijp, een huis in Dootoge met 30 bunder land, kasteel Huis-ter-Hoogwoude, Purmerend (door zijn grootvader Jan III in 1473 aangekocht), Purmerland, Ilpendam, Beierland, in het graafschap Zutphen bezat hij het buurschap Bar (verkocht in 1562), in Brabant de baronie Gaasbeek met bijbehorende dorpen, bezittingen bij Mechelen, het prinsdom Gavere met kasteel en bijbehorende dertien dorpen, de heerlijkheid Zottegem met bijbehorend kasteel en omliggende dorpen, Moerbeke-Viane met het slot, in Henegouwen het slot Lahamaide en grondgebied in de buurt van Namen, in Noord-Frankrijk Armentières met naburig kasteel van Erquenghien plus nog negen andere heerlijkheden aldaar, de heerlijkheid Auxy met kasteel 56 Geestgronden, 22 (2015), nr. 2/3

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Geestgronden - Egmonden | 2015 | | pagina 6