wel genoemd, maar niet expliciet vermeld als slachtoffer van de oorlog. De
belangrijkste reden voor die (schijnbare?) afwezigheid in de notulen kan zijn,
dat zij in beginsel in aanmerking kwamen voor een uitkering van Zee-risico.
Het vissersmonument is er in juni 1922 gekomen mede dankzij de 'Vereniging
tot oprichting van een monument voor tijdens de oorlog omgekomen
Egmonder-visschersIn 1924 hief de vereniging zich op en het batig saldo
werd ter beschikking gesteld van het Burgerlijk Armbestuur.
Een jaar eerder al was er de schenking van het liquiderende 'Visschersfonds
Hierbij ging het om een bedrag van f 4.150,40. Het is zeer denkbaar dat dit
fonds zich voor de opheffing (mede) gericht heeft op de (eerste?) opvang van
de arme slachtoffers.
Bij alle zorg voor armen in Egmond, wordt in de notulen van het Burgerlijk
Armbestuur niet gesproken over de honderden kinderen uit de oorlogvoerende
landen Duitsland, Frankrijk en België die in het neutrale Nederland en met
name in Egmond werden opgevangen. De betaling van hun kosten was niet
voor rekening van het Burgerlijk Armbestuur en evenmin voor de plaatselijke
kerken in het dorp. Geheel volgens de tijdgeest werd het verblijf van deze
kinderen betaald vanuit particuliere initiatieven.
Burgemeester Eyma
CJ. Eyma (in de notulen van de gemeenteraad staat de naam ook vaak
gespeld als Eijma) was burgemeester van Egmond aan Zee van 1910 tot
1941Kenmerkend zijn onderstaande uitspraken van de burgemeester over de
armoede in Egmond aan Zee. Gezien de lange periode dat Eyma burgemeester
was kunnen we deze niet zonder meer zien als een kenschets van zijn houding
t.a.v. armoede gedurende de vele jaren van zijn burgemeesterschap.
Op 30 juni 1922 is de burgemeester geïrriteerd en schrijft aan zijn collega
in Alkmaar, dat het hem bevreemdt dat er in Alkmaar een collecte gehouden
wordt voor arme Egmonders. Hij is van mening dat er in Egmond niet meer
armoede is dan in andere gemeenten. En hij noemt dan speciaal 'drankzucht
en verkwistingals oorzaken van die armoede.
De Alkmaarse burgemeester heeft geen onderzoek ingesteld om de armoede
in Egmond te bepalen en hij beschikt ook niet over onderzoeksgegevens,
want hij antwoordt dat hij afgegaan is op de mededelingen van 'enkele heren
uit Egmond.
Geestgronden, 22 (2015), nr. 2/3
105