Afb. 9 Egmont's laatste
uur(1948). Vervaardiger:
L. Gallait. Regionaal
Historisch Centrum
Eindhoven
Onafhankelijk van elkaar kwamen zowel Hom als Egmont met hetzelfde
verweer: de Raad van Beroerten was helemaal niet bevoegd om hen te
berechten. Dit kon alleen door andere Vliesridders gebeuren. Alva legde dit
argument naast zich neer: hier was sprake van Majesteitsschennis en dan
kon er geen beroep worden gedaan op rechten en privileges20). Enige andere
vorm van verweer werd de graaf in de maanden die volgden onmogelijk
gemaakt. Hij mocht zijn papieren niet inzien, zijn naasten kregen geen
toegang tot de graaf en zijn advocaat werd lange tijd bij hem weggehouden.
Een verweerschrift schrijven had op deze manier voltrekt geen zin. We
mogen aannemen dat Lamoraal in de maanden voorafgaand aan zijn executie
langzaam moet hebben beseft wat hem boven het hoofd hing.
Lamoraal van Egmont komt uit de ons bekende feiten voor als een man die
gedurende zijn laatste levensjaren in een zeer lastige positie terecht was
gekomen. Als rechtschapen katholiek edelman schokten de onlusten in
1566 hem even goed als de koning en andere leden van de adel. Lamoraal
van Egmont was gevormd door de grote gebeurtenissen van zijn tijd,
gebeurtenissen die een explosieve wending namen. Deze groeiden hem
boven het hoofd en kosten hem uiteindelijk letterlijk de kop.O
68
Geestgronden, 22 (2015), nr. 2/3