v ï^r V
Dat strand, ja. Daar zwaait Glijn Groen zijn scepter. Zijn pet zal het u wel
vertellen. Hij exploiteert Bad Egmond. Hij draagt de stoelen aan, vakkundig
met de onderkant naar voren, opdat zijn gasten rustig kunnen zitten voor
hun Fl. 0,75 per dag. Eigenlijk is het een heel bijzonder strand, daar in
Egmond. Niet om die badstoelen, want die zijn langs de hele Nederlandse
kust te vinden, maar om de zomerhuisjes. Glijn is niet de heerser van het
hele strand, weet u. Hij heeft zijn domein, waar hij zijn stoelen mag planten
en waar zijn klanten zetelen.
"Meest Amsterdammers"zegt hij. "Onlangs was er een Engelsman en
vandaag was er een Franse dame, die met een Hollander getrouwd is."
Afb. 10 Strand van Egmond in 1950
Egmond is nog niet internationaal bekend, blijkt dus. Groot-Mokum zoekt
er zijn vertier en het is te verstaan, dat de Amsterdammers het goed met
de derpers kunnen vinden. Joviaal en gemoedelijk zijn ze, allebei. En ze
houden van de vrijheid. Ook allebei. Verderop, waar Glijn Groen dus niets
te vertellen heeft, staan de zomerhuisjes en de kampeertenten. Daar kregen
Hansje en Rina Bakkum uit Alkmaar met hun moeder de kans. Een week
lang logeren zij zomaar aan de zee. De zee zingt hen in slaap en de zee wekt
Geestgronden, 21 (2014), nr. 2/3
59