St. AelbrechtsPut bij Egmond
Maar een nóg mooiere beschrijving van ons dorp is aangetroffen. In een
studie uit 1859 over de put en haar vroegste ontstaansgeschiedenis wordt
als inleiding verslag gedaan van de voetreis van Bakkum naar Egmond-
Binnen. Het boekwerkje draagt de titel 'St. Aelbrechts Put bij Egmond'.
Een schitterend romantisch beeld wordt gegeven van de directe omgeving.
Bijna filmisch wordt uit de doeken gedaan waar we ons bevinden en hoe het
landschap met haar Egmond er bij lag tijdens een hete zomer. Opnieuw is
er aan de taal nu niets veranderd. Dat hoeft namelijk niet. U moet er even
geconcentreerd boven gaan zitten, en dan zult u het met mij eens zijn dat dit
soort teksten de fantasie prikkelen, en u doen verlangen naar een tijdmachine
die u naar deze periode zou kunnen brengen om het zelf te ervaren.
Wandelt gij met mij mede, lezer?
Egmond-binnen is geen bloeiend dorp, en de weg, dien wij, uit het zuiden
komende, volgen, is lang en niet gemakkelijk; en toch daarheen willen
wij onzen tocht richten langs den rullen zandweg. Van lieverlede voert het
weinig bereden wagenspoor door het oude gehucht Bakkum, van welks
middeneeuwsche kapelle gij ter linker noch rechter zijde enig spoor meer
ontdekt. Nu eens kronkelt de weg door boschaadjen heen, en doet somtijds
vervallene lanen aan, wier hoog opgaande statige beuken, aan den voet
door de kruiden en slingerplanten der wildernis omgroeid, heenwijzen
naar een punt van uitgang, thands geheel onbekend - zij verliezen zich in
schraal kreupelgewas, zonder dat men gissen kan, welke plek, vroeger aan
haar uiteinde gelegen, zulk een prachtig aangelegde allee verdiende. Andere
malen wandelt gij over den dorren duingrond, waar geen windtjen langs
de ontkleurde stoppels ritselt, en de zomerhitte u doet verlangen naar de
intrede van het nog vergelegen dorp Egmond, dat een weinig meer schaduw
schijnt aan te bieden.
Intusschen getuigen die nog statige overblijfselen der aloude beukenlanen
van vroegere oudheid; de herinnering van het bestaan eener kapel in dat van
de waereld als afgescheidene gehucht Bakkum wekt gedachten in u op aan
den lang vervlogen voortijd, en gij peinst, dat hier meer leven en welvaart
moet zijn geweest, meer zielsleven vooral, dan zich nu vertoont over de
geel getinte en met schraal veldgewas bezette akkers, en in de zwijgende
eenzaamheid der boschgronden.
En zoo was het ook.
Maar laat ons den wandelstaf weer ter hand nemen, en onzen weg voortzetten,
al vermoeit ons den tocht. Wij naderen Egmond. Zie, ginds verheft zich op
Geestgronden, 20 (2013), nr. 2/3
75