een verre nazaat, voorzag me van een paar adressen en Jacob Zwart wist
een schilderij te hangen. Zo begon de speurtocht naar elk snippertje
informatie dat nog was te vinden over degenen die door Roeland Koning
het meest zijn afgebeeld.
Afb. 6 'Egmonders' Olieverf, bijna levensgroot 1933, Museum van Egmond. Van
links af: Aris Krab, Gerrit Krab, Jannetje Krab-de Groot en Jan Krab.
Fotolijstjes
Spoedig daarna werd ik in menige Derper huiskamer hartelijk ontvangen
door meestal één familielid die nog iets kon weten over de geportretteerde
voorouders. De medewerking was groot bij elk bezoek. Foto's in lijstjes
- soms was er maar één foto - en zelfs trouwboekjes kreeg ik mee om
te scannen. Kasten en schoenendozen werden nagezocht. En als ik de
spulletjes terugbracht, had men vaak nóg iets gevonden en dat moest dan
ook weer retour. Door dit intensieve contact kwamen er stukje bij beetje
nog wat herinneringen tevoorschijn over de groot- of overgrootouders,
waarvan men nog zo weinig wist. Soms emotioneel, want het waren
'goeie' mensen, die hun hele leven vreselijk hard hebben geploeterd.
Geestgronden, 20 (2013), nr. 2/3
51