Sonoi, gouverneur van Noorthollant voor den prince van Oranje, het zelve in
den brant deet steken, om den Spanjaerden, die kort te voren ten getale van drie
duizent man onder den baron van Chevreaulx aldaer gelegert en van daer langs
de dyken, terwyl de wateren met ys bevloert lagen, tot in de dorpen Wormer en
Jisp voortgerukt waren, deeze sterkte ten onbruik te maken, hebbende ook zelfs
een jaer te voren volgens de getuigenisse van E. van Meteren aldaer eenige
benden des princen van Oranje gelegert gelegen, wanneer de vyant na 't
innemen van Haerlem de stadt Alkmaer dreigde te bestoken, en, zulx hem
den 16 July mislukkende, het dorp Egmont binnen op den 18 der zelve maent
in de kooien zette. Sedert dien voorgemelden tydt is dit prachtigh gebouw
allenskens méér en meêr in verval geraekt, en heden weinigh meerder dan
eenige geringe brokken en stukken van muren, vervalle Torens en gewelffelen
overgebleven, tot welker herstellinge men voor eenigen tydt wel eenige hope
gegeven, maer tot nogh toe geen begin gemaekt heeft.
Tot den jare 1607 toe is dit adelyke huis nevens het graefschap van Egmont
aen het maghtige en edele geslacht der Egmonden verbleven, maer alstoen
wegens de veelvuldige schulden van Lamorael, den tweeden van dien naem,
grave van Egmont, te koop gestelt, nadat alvorens den 26 July des jaren 1602
door den gezworen Exploicteur van den Hove van Hollant de proclamatie
van de verkopinge by executie van alle de goederen ende heerlikheden van 't
huis van Egmont gedaen was uit kraghte van de opene letteren executoriael
in date den 26 July des jaers 1602 gedecerneert op een acte van condemnatie
van den zeiven hove, gedaghtekent 24 July des zeiven jaers, en is vervolgens
de heerlikheit van de drie Egmonden, die voor henen nevens Baccum,
Huisduinen, Petten, Warmenhuizen, Haringskarspel en Outkarspel het
graefschap van Egmont uitgemaekt hadden, nevens de stadt, het slot en de
heerlikheit van Purmerende gekocht door de Heeren Staten van Hollant en
Westfrieslant
De latere jaren van het Slot
Het slot en de omliggende landen blijven tot 1722 in handen van de Staten van
Holland. In dat jaar wordt de heerlijkheid (wat nu een ambachtsheerlijkheid
was) van de drie Egmonden en ook de ruïnes van het slot aan Gerard van
Egmont van der Nyenburg verkocht. Hiermee komt het weer in handen van
een tak van de familie Van Egmond. Gerard van Egmont van der Nyenburg
werd hiermee de eerste heer van deze ambachtsheerlijkheid. In 1793 worden
de restanten van het slot gesloopt met uitzondering van de rentmeestertoren.
Deze blijft nog tot 1832 dienst doen als klokketoren voor het dorpsuurwerk.
68 Geestgronden, 19 (2012), nr. 2/3