Afb. 11 Verblind door de goudkoorts werd soms wel erg enthousiast gegraven, foto
Panorama
Toen de burgemeester van Egmond om twee uur precies het startschot loste,
lieten ruim vijftienhonderd mensen zich op de grond vallen om verwoed met
hun handen te graven. Wij waren op dat moment vrijwel de enigen, die nog
recht stonden. De gravers trokken daaruit de conclusie, dat wij ook tot het
comité behoorden en overlaadden ons met vragen. Loyaal hebben wij daarna
inlichtingen verstrekt, hoewel wij sterk betwijfelen of de gravers er iets aan
gehad hebben. In enkele minuten was het strand, dat door de wind volmaakt
glad gestreken was, tot in de uiterste hoeken omgeploegd.
Onder de gravers waren mannen met leren pakken, met handen groot
als kolenscheppen en gezichten van ervaren goudzoekers, vrouwen die
zomerjurken hadden opgeknoopt en kinderen, die ruzie kregen omdat ze bij
elkaar de kuil intrapten. Na enige tijd begonnen er zich groepen te vormen, die
in rijen systematisch het strand omwoelden. Dat de opgave niet gemakkelijk
was, blijkt wel uit het feit, dat Ome Klaas, een bekende Egmondse strandjutter,
van wie men zegt, dat hij voor het zoeken van dingen zulk een fijne neus heeft,
zijn pogingen moest opgeven en met lege handen huiswaarts keerde.
Geestgronden, 19 (2012), nr. 2/3
55