Z. K. H. Prins Hendrik naar Egmond. De Alkm. Ot." verneemt dat Z. K. H. Prins Hendrik a. 8. Maandagmorgen om 10.35 uur te Alkmaar met d<*n trein zal aankomen, om daarna per rijtuig naar Egmond aan Zee te gaan om de Prins* Hendrik-stichting aldaar te bezichtigen. Afb29 Krantenbericht van 5 mei 1906 niet het gebouw zoals wij op de ansichtkaart zien. Op de ansichtkaart zien wij het tweede gebouw, gereedgekomen in 1895 en wat stond in de voortuin van het huidige gebouw. Omdat prins Hendrik 'de Zeevaarder' toen inmiddels was overleden, kunnen we stellen dat hij niet degene in het rijtuig op de ansichtkaart is. De persoon die op de foto's Egmond aan Zee bezoekt is dus de echtgenote van koningin Wilhelmina. De laatste aanwijzing voor het oplossen van het raadsel komt dan uit het al eerder genoemde ontbreken van het vissersmonument. Dit monument, ontworpen door beeldhouwer Bolle uit Rotterdam, is onthuld in 1922. Tijdens het tweede bezoek van prins Hendrik in 1925 zou dit monument dus zichtbaar op de foto hebben moeten staan. Aangezien dit niet het geval is, wordt de conclusie dat de foto genomen is tijdens het bezoek op maandag 7 mei 1906. Als we ons realiseren dat in 1905 de spoorlijn en het station in Egmond aan Zee geopend werden, kunnen we tot slot vaststellen dat de fotograaf van onze ansichtkaart zo slim was om een heel goed plekje uit te zoeken: Hij stond op het balkon aan de oostzijde van het stationsgebouw, de kant waar de treinen arriveerden. Hiervandaan had hij een prachtig zicht op de straatweg en de naderende prins Hendrik. De enige vraag die onbeantwoord blijft, is de vraag waarom de ansichtkaart waar het allemaal mee begon, het onderschrift 'Egmond aan Zee. Straatweg' heeft gekregen, in plaats van een verwijzing naar het bezoek van de prins. Misschien is de foto pas jaren later tot ansichtkaart verwerkt, op een moment waarop niemand meer wist dat de fotograaf eigenlijk een ander onderwerp gekozen en gefotografeerd had.Q Geestgronden, 19 (2012), nr. 1 34

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Geestgronden - Egmonden | 2012 | | pagina 36