Paulus Adriaan Gildemeester werd geboren op 5 maart 1858 in Amsterdam.
Zijn familie was vermogend en bezat grachtenpanden in Amsterdam en
een huis in Zeist. Ook een eigen grafruimte op begraafplaats Zorgvlied in
Nieuwer-Amster behoorde tot het familiebezit. Tijdens zijn leven was de
heer Gildemeester een landelijk bekend verzamelaar van Romeinse oudheden
en handelaar in antiek. Zo kocht hij een flink deel van een Romeinse schat
die tijdens baggerwerkzaamheden in 1895 in de Rijn bij Doorwerth werd
aangetroffen. Na zijn dood in 1930 liet hij bij legaat zijn gehele collectie
na aan het Rijksmuseum voor Oudheden. Gildemeester haalde hiermee
het landelijk nieuws en nog altijd staat de collectie bekend als 'het legaat
Gildemeester'. Al met al had hij een flink vermogen vergaard. Eugenie
Hasselman werd geboren op 20 augustus 1855 in huize Djoerang in Zoelen.
Haar familie had fortuin gemaakt met plantages in Nederlands-Indië en liet
het zeer fraaie buitenhuis Djoerang bouwen.
Afb. 7 Bronzen vaatwerk uit de collectie van
RA. Gildemeester. Nu in het bezit van het
Rijksmuseum van Oudheden
De heer Gildemeester overleed op 12 februari 1930. Mejuffrouw Hasselman
plaatste een overlijdensbericht in Alkmaarsche Courant van 14 februari 1930.
Een groot deel van zijn kostbaar antiek meubilair en porselein vermaakte
hij aan musea in Amsterdam en Leiden. Na zijn dood bleef mejuffrouw
Hasselman het huis bewonen. Oppasser van mejuffrouw Hasselman was
een jongeman genaamd Strooker, zoon van de melkboer uit Egmond aan
den Hoef. Hij was reeds op 12-jarige leeftijd bij de heer Gildemeester en
mejuffrouw Hasselman in dienst getreden.
Geestgronden, 19 (2012), nr. 1
11
