De 'terp' in Egmond-Binnen is ongeveer twee meter hoger in vergelijking
met de directe omgeving en bood aldus de beste mogelijkheid om permanent
te bouwen met de minste kans op overstromingen. Ook de Abdij en de
Buurkerk stonden op deze verhoging die vandaag de dag nog goed zichtbaar
is in de duidelijk hoger gelegen Abdij laan en het kerkhof rond het nederlands
hervormde kerkje. Op basis van vorenstaande gegevens, de kaarten van
Zoutman en Dou en kronieken mogen we veronderstellen dat de Peperstraat
reeds in de zgn. Hoge Middeleeuwen (ca. 950-1270) is ontstaan. Wanneer de
naam Peperstraat voor het eerst wordt gebruikt is (nog) niet bekend doch in
het begin van de 17e eeuw was deze reeds volledig ingeburgerd. Met dit feit
in het achterhoofd kunnen we vrijwel zeker de eerste hypothese, al zou de
Peperstraat haar naam aan de exotische specerij te danken hebben, verwerpen.
Al lang voordat de handel in peper enige betekenis kreeg, bestonden er
reeds veldnamen als "de Pepers" en "de Peperkamp" en moet de Peperstraat
in Egmond-Binnen al voor 1602 hebben bestaan. Pas in dat jaar werd de
Verenigde Oostindische Compagnie opgericht. Voor enige handel in peper of
het bestaan van een opslagloods voor peper in Egmond is geen enkel spoor
te vinden. Deze veronderstelling wordt ondersteund door het feit dat in veel
andere plaatsen in Nederland de naam Peperstraat al in de middeleeuwen
werd gebruikt.
Een andere verklaring die te maken heeft met de situatie ter plaatse is meer
aannemelijk. Vanaf de 'terp' liep de Peperstraat in zuidelijke richting naar de
huidige Vennewatersweg. Het Vennewater, nu een polder, was eeuwenlang
een moerassig gebied tussen de Egmondse geestgronden en de strandwal
waarop Heiloo en Limmen liggen. Nu groeide in dergelijke overvloedig natte
moerasgebieden een plant genaamd "peper", de volksnaam voor de mattenbies
(Latijn: Scirpus lacustris). Deze rietachtige plant kan wel 3 meter hoog en 1V2
cm. dik worden. De mattenbies is van oudsher van grote betekenis geweest
als grondstof voor bind- en vlechtwerk. Naast manden en matten moeten we
hierbij denken aan het stoelenmatten (denk hierbij aan de kniel-/zitstoelen
voor kerken en kerkjes die veelal in de Middeleeuwen werden gesticht). Het
stoelenmatten is een eeuwenlange bedrijvigheid die ook in Egmond tot in
de eerste helft van de 20e eeuw werd beoefend. De mattenbies alias peper
werd langs de hier gelegen meren en stroompjes gevonden. Mogelijk is men
ook percelen moerasland, de pepers of peperkampen gaan inrichten om de
mattenbies in grote hoeveelheden te produceren. Uit het Historisch Kadaster
van de Binnen-Egmonden, kunnen we vaststellen dat in ieder geval in 1832
het zuidelijk deel van de Peperstraat tot aan de Vennewatersweg, thans
80 Geestgronden, 18 (2011), nr. 2/3