Deze beschrijving van bommen, granaten en levensgevaar was absoluut uit
de duim gezogen.
Men zat die avond in Wageningen zelf nog in Abrahams schoot, en zag hoe
het boven op de berg brandde als een hel; toen wij dan ook een volgende dag
in "De Wereldkwamen, vertelden de bewoners ons dat zij er niet op had
den gerekend ons nog levend terug te zien. Maar op dit moment waren wij
nog op de "Wageningsche Bergen geen mens vertoonde zich daar. Daar
het vuren weer heviger werd en er in de omtrek weer projectielen begonnen
in te slaan, besloot ik zelf naar beneden te gaan om hulp te halen. Onderweg
sloeg hier en daar een granaat in het wegdek, maar beneden in de stad was
het nog rustig.
In hotel "De Wereldaangekomen werd mij medegedeeld dat de Directeur
met zijn ontbijt bezig was.
Toen ik echter dit ontbijt stoorde en heftig betoogde dat voor alles de mensen
uit het overschot van hotel "De Belvederemoesten worden gehaald, werd
mij toegevoegd dat wij toch altijd zo naar de Tommies hadden verlangd en
dat het nu wel vreemd was dat wij zod haast hadden om weg te komen.
Ik vroeg hem of zijn vriend de burgemeester hem dan nog niet had gewaar
schuwd dat er gevaar was?
Neen, de burgemeester had nog niet gewaarschuwd.
De Directeur wist niet dat ik op de hoogte was van het feit dat de burgervader
al tien dagen daarvoor de benen had genomen en op dit ogenblik wel niet aan
zijn burgers van Wageningen zou denken.
Zelf dus om hulp naar de Politie, want wij hadden geen vervoermiddelen
en de meeste mensen waren invalide. Daar men ons geen voertuigen kon
verstrekken werd besloten de mensen met eigen middelen te evacueren. Hier
past een woord van hulde voor onze leveranciers. Onze bakker, slager, krui
denier met hun bedienden en andere vrijwilligers die hoorden dat er boven
op de berg oude mensen in nood waren, kwamen met rijwielen, handwagens,
bakfietsen en alles wat maar kon rijden en zo werden de verpleegden uit de
Belvederegehaald. Wat nog kon lopen ging lopen en nogmaals het won
der; hoewel er nog verscheidene granaten in de nabijheid sprongen, werd
niemand gewond en kwamen allen, tot de katten toe, ongedeerd in hotel "De
Wereld"
Er werden nog wat bedden, dekens en linnengoed uit de "Belvedere" ge
haald, maar de toestand was zo gevaarlijk geworden dat het niet langer ver
antwoord was daar in de buurt te komen.
In "De Wereld" werden de vluchtelingen over de verschillende kamers ver
deeld en zo was alles propvol. In de serres achter grote ruiten van spiegel
ei a Geestgronden, 17 (2010), nr. 1/2