gen de luchtdruk en scherfwerking.
Ik liet mij dan ook vallen en een paar van onze vrouwelijke verpleegden die
voor het raam van hun kamer stonden te kijken, onwetend dat daar de dood
onderweg was, begonnen te lachen, en dachten dat ik die stunt uithaalde om
hen te amuseren. Maar zij lachten niet lang.
Fluitend en gierend gingen de bommen over ons heen en sloegen krakend in
een woonwijk dicht bij ons. Onder donderende explosies regende het puin
en aan een kant vlogen door de luchtdruk de ramen en deuren uit ons hotel.
Bomscherven drongen zich in het dak en de muren. Binnen werden hier en
daar door de scherven stukken uit de muren geslagen en in één der kamer
tjes zat een van onze vrouwelijke verpleegden die kinds en lam is, stil te
glimlachen, onkundig van het feit dat een decimeter boven haar hoofd een
bomscherf als een speerpunt uit de muur stak.
Bij ons waren er gelukkig geen slachtoffers, maar in de getroffen wijk zijn
tientallen doden en nog meer gewonden, van wie er later nog velen zouden
sterven.
Het was wel duidelijk dat het doel van de bommenwerpers het Duitse auto
park is geweest dat zich in het bos bevond bij het buiten Belmonte maar
de bommen waren een 100 meter tekort en te veel naar rechts gevallen, mid
den in een woonwijk.
Met planken en karton dichtten wij zoveel mogelijk de ramen en verheugden
ons dat er bij ons niemand getroffen was.
Om twee uur des middags verschenen er geallieerde jagers in de lucht en al
scherend en duikend leken zij het terrein af te zoeken. Eén van hen liet een
bom van enorm formaat vallen en wij zagen het gevaarte in onze richting
vallen De schrik sloeg ons om het hart; doch op een zekere hoogte wordt de
bom, of wat het dan ook is, door een luchtstroom teruggedrukt en boort zich
op een voor ons nog veilige afstand in het zand onder een geweldige rookont
wikkeling. Dit bleek nodig om, zoals wij ook weer later merkten, de windrich
ting aan te geven aan de zweeftoestellen die op de hei moesten landen.
Om drie uur hoorden wij in de verte een gedonder als van een zwaar onweer
dat steeds dichterbij kwam. Het waren honderden vliegtuigen, en toen ver
toonde zich voor ons in de zonnige onbewolkte lucht een schouwspel, dat zich
bijna niet laat beschrijven.
Vijf, zes rijen dik komen daar de grote viermotorige transportvliegtuigen.
Aan een lange staalkabel sleepten zij de gliders, zweefvliegtuigen die niet
veel kleiner waren.
Onder deze golf vlogen de tweemotorige machines die de parachutisten bij
zich hadden. Ons hotel stond boven op de berg; dus kwamen deze vliegtuigen
aa Geestgronden, 17 (2010), nr. 1/2