had dat deze levensmiddelen ten onrechte in de Stichting aanwezig waren en dat wij moesten rekenen op een onderzoek van de Crisis Controledienst. In één nacht hebben toen de chef-kok, de huisknecht en schrijver dezes tien ton aardappelen moeten begraven in het zand onder de grote eetzaal. Op de zolders achter lakens, slopen en sokken werd de rest van de levensmiddelen verstopt. Niemand heeft iets gevonden. Het vertrek 2 december 1942. Wij kregen uit Amsterdam van een der heren Gedelegeer den bericht dat wij zo snel mogelijk hotel De Bilderbergmoesten bezetten (zoals indertijd de inname van den Briel) omdat er geruchten waren dat de Duitse weermacht haar intrek in het hotel wilde nemen. Zij wilden hier een "Mutterheimvan maken en de aanstaande "Hitlerjugend" was van meer belang dan die Hollandse oude mensen. Daarom vertrok ondergetekende on middellijk met tien verpleegden en een dienstbode die voor ons zou koken naar Oosterbeek, en brachten daar de St. Nicolaas door. Wij hadden nu de gelegenheid alles in gereedheid te brengen voor de ontvangst, want op 9 de cember zou de grote verhuizing plaats hebben. 9 december 1942 Op die dag was het des morgens in de Stichting om 5 uur "Overal" .Ledikanten werden uit elkaar gehaald; elk ledikant bestond uit vijf delen en elk deel had in de afgelopen tijd een label gekregen met het kamer- nummer dat de bezitter zou krijgen in hotel Bilderberg plus de naam van de eigenaar als een dubbele beveiliging. Bedden en dekens werden in zakken gepakt, gemaakt van lakens uit het linnenmagazijn, waarvan wij er gelukkig een 1200-tal bezaten, en ook deze waren weer voorzien van naam en num mer. Alles wat kon worden gemist was al enige dagen eerder met vrachtauto's naar Alkmaar gebracht, daar in vier schepen geladen en reeds onderweg naar Arnhem Om 7 uur reden de autobussen voor, welke verpleegden, personeel en een ieder die meeging naar Alkmaar zouden brengen waar een Rode Kruistrein met bestemming Arnhem gereed stond. Vrachtwagens reden met bedden en ledikanten en verdere persoonlijke bezit tingen van de reizigers. Dit alles werd in de goederenwagons geladen en zo werd de reis ondernomen. Wat de persoonlijke bezittingen betreft moet worden opgemerkt dat het de meeste moeite kostte om vele verpleegden er toe te bewegen afscheid te ne men van de onooglijkste blikjes, flesjes en pulletjes, omdat je nu toch on mogelijk alles kan meenemen. Dit verschijnsel zouden wij nog verscheidene keren meemaken. Zelfs al noodde het gehuil van granaten tot "Maak dat je Geestgronden, 17 (2010), nr. 1/2 37

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Geestgronden - Egmonden | 2010 | | pagina 39