Ieder moet zijn eigen mastje over boord zeilen"Met andere woorden: Je
moet anderen niet met je moeilijkheden opschepen. Zijn werkzame leven
weet hij voortdurend zelfde gewenste koers te geven, maar aan het eind van
zijn carrière als vuurtorenwachter, zijn het anderen die bepalen dat de zeilen
voorgoed gestreken moeten worden.
Zeeman van huis uit
Jacob Gribbert de Jong (Hollum, 1928) komt uit een familie van ervaren
zeelieden. Hij is vernoemd naar zijn opa, een ras-Amelander en visserman
die op haringloggers heeft gevaren. Op-en-top zeeman en altijd kalm, net als
Sytze de Jong, de vader van Jaap. Als hij nog amper kan lopen, mag Japie al
mee in een draagmand en dan kruipt hij aan een touw over het dek van vaders
sloep. Als kind mag hij mee te vissen en 's zomers met badgasten varen naar
Terschelling. Zeilendwant vader zei altijd:"Ik heb de wind voor niks"
Mijn vader kende het wad op zijn duimpje en hoe hoger de zee liep, des te
rustiger hij werd. Tussen Terschelling en Ameland kan 'n verschrikkelijke
zee lopenOnze sloep werd door een golf gepakt en op zijn kant gegooid.
Vader wist nog net zijn voet tegen een kinderwagen te zetten en de vrouw
die daarbij hoorde riep angstig:"Schipper, verdrinken we nu?" En terwijl
we daar door de stroom werden meegesleurd, met de mast en de zeilen
plat op het water, wist vader nog heel rustig te zeggen: "Welnee, dan moet
er nog veel meer gebeuren"Pas drie honderd meter verderop kwam het
schip weer rechtop en die vrouw besefte helemaal niet dat het kantje boord
was geweest". Vader Sytze de Jong is al jong roeier en later schipper op de
reddingboot van Ameland. Hij stopt er pas mee als hij zeventig is en met zijn
been onder een wagen komt. Een afbeelding van Sytze de Jong 1900 - 1980)
is in glas gekerfd in het Reddingsmuseum te Den Helder. Een eerbetoon aan
een schipper die bij leven al een legende was.
Lichtmatroos
Als Jaap elf jaar is, begint de oorlog. Hij herinnert zich die als een tijd vol
avontuur omdat zijn vader erg nuchter is. Ze blijven gewoon juttenen de
Duitsers knijpen vaak een oogje toe. Als vader en zoon bezig zijn fuiken op
het wad te zetten, barst er vlakbij een luchtgevecht los en de kogels vliegen
ze haast om de oren. "Zet die mand maar op je kop zegt vader dan laconiek.
Zo gaan die spannende jaren voorbij. Na D-day spoelen er veel lijken aan.
Met hun blote handen leggen de Amelanders de dode soldaten op een platte
wagen. Vader en zoon de Jong helpen mee "want je kan ze nou eenmaal niet
laten liggen", zegt vader. Met vijftien jaar ben je dan wel vroeg volwassen.
4
Geestgronden, 16 (2009), nr. 4
119