Reeds in de tweede jaargang van Geestgronden heeft wijlen Jan Lute uitgebreid
over de Adelbertuskerk in Rinnegom gepubliceerd. Toch mag in dit nummer over
Rinnegom een verhaal over de kerk natuurlijk niet ontbreken. Dit verhaal begint
met een korte samenvatting van wat Jan Lute in 1995 heeft geschreven en zal zich
verder toespitsen op het onherroepelijke einde van de kerk in 1967.
Aad Baltus
ADELBERTUSKERK TE RINNEGOM
Op 12 augustus 1784 kreeg de Amsterdamse kapelaan Joannes Lesscher
opdracht om in De Egmonden een nieuwe parochie te stichten. Reeds een
maand later vond hij 78 Egmondse katholieken financieel bereid een kerk te
laten bouwen. Omdat de parochianen uit alle drie de Egmonden en zelfs uit
Wimmenum en Bakkum kwamen, werd de kerk in Rinnegom gebouwd. Dat
werd bijna twee eeuwen lang het roomskatholiek centrum van de Egmonden.
Voordat de kerk klaar was, werkte Pastoor Lesscher vanuit een schuurkerkje
aan wat tegenwoordig de Haagdoornlaan heet. Vlakbij de huidige Katholieke
kerk te Egmond-Binnen. Daar droeg hij op 5 september 1784 zijn eerste
mis op. Dit wordt dan ook als stichtingsdatum van de nieuwe parochie
beschouwd. De eerste Rinnegommerkerk werd gebouwd op de hoek van
de Rinnegommerlaan en de Herenweg. Het was een klein stenen gebouw
waar 250 gelovigen konden plaatsnemen. Tegen de kerk was een pastorie
gebouwd. Deze kerk heeft tot 1859 dienst gedaan.
Pastoor Lesscher vertrok in 1792 naar Amsterdam, toen hij tot Deken in
het Begijnhof werd benoemd. In datzelfde jaar overleed hij op 52-jarige
leeftijd.
Na zo'n 65 jaar dienst gedaan te hebben vond men dat de kerk te klein
geworden was. Er werd geld ingezameld onder de parochianen en een deel
geleend. Medio 1859 kon de eerste steen gelegd worden voor de nieuwe
Katholieke kerk die op nagenoeg dezelfde plek gebouwd werd als de eerste.
Van de restanten van de oude kerk is later het huis Koningshof aan de Weg
naar de Bleek gebouwd.
In die tijd kwamen de parochianen nog uit alle drie de Egmonden. De kerk
werd te klein, zo blijkt uit een brief die het kerkbestuur 28 maart 1899 stuurde
aan de bisschop van Haarlem. Monseigneur J. Callier had geen bezwaren
tegen uitbreiding van het gebouw, maar het plan kwam nooit ten uitvoering.
10
Geestgronden, 16 (2009), nr. 1