renbruiloft in Noord-Holland. Op de voorgrond ligt - niet mis te verstaan - een jongetje in kennelijk beschonken staat.6 De tweede belangrijke constatering is dat de kermis in Egmond aan Zee gehouden werd met Pinksteren, 'op den tweeden of derden Pinksterdag', tegelijkertijd met die van Egmond aan den Hoef. Het late voorjaar en de vroege zomer waren in heel Nederland een favoriet tijdstip om kermis te vieren.7 Pinksteren valt meestal eind mei, begin juni. Tegenwoordig wordt de Egmondse kermis gevierd tijdens de hoogzomer. ergens halverwege juli. Ook nu nog wordt geklaagd over de hoge drank consumptie van met name jongeren, voor wie de kermis niet meer dan een aanleiding is om eens stevig aan de drank te gaan. Zo bezien is er mis schien niet eens zo veel veranderd sinds de tijd dat Bing en Braet hun teke ning maakten van de kermis in Egmond aan Zee in 1857.0 (1) Ingrid Grunnill, "Dracht in prent. Nederlandse klederdrachtplaten 1770-1870', in: Kostuum. Relaties: mode en streekdracht (Amsterdam 2000) 174-189. (2) V. Bing Braet von Ueberfeldt, Nederlandsche kleederdragten, naar de natuur ge tee kend (Zutphen, Uitgeverij Terra 1978), informatie uit de inleiding bij deze fotomechanische reprint van J. Duyvetter en W.F. Renaud. In deze uitgave zijn niet de prenten over zeden en gebruiken opgenomen en dus ook niet de prent van de kermis in Egmond aan Zee. Daarvoor zie Valentyn Bing en Braet von Ueberfeldt. Nederlandsche kleederdragten en zeden en gebruiken naar de natuur geteekend (Fotomechanische herdruk van de oorspronkelijke uit gave uit 1857, Uitgeverij Westers Utrecht Canaletto Alphen aan den Rijn 1976) 63. (3) Grunnill,' Dracht in prent', 174. (4) In de collectie Historieprenten Provinciale Atlas van het Rijksarchief in Noord-Holland berust een ingekleurde prent van 'De kermis te Egmond aan Zee'. (5) Het heen en weer rijden met wagens tussen Egmond aan Zee en Egmond aan den Hoef plaatst de Amsterdamse historicus J. ter Gouw, in zijn beroemde boek uit 1871 over De volksvermaken, gelijk met het "vroeger algemeen voorkomende' verschijnsel van de malie- wagen, "waar het de gilden waren, die er mêe rondreden tot eigen vermaak". Ik persoonlijk vind deze parallel wat ver gezocht. Het is niet meer dan een toevallige parallel, waarom zou juist in Egmond de herinnering levend zijn aan bepaalde gildcngebruiken die zich hier nooit hebben afgespeeld? J. ter Gouw, De volksvermaken (Amsterdam 1871442-443. (6) Nederlandsche kleederdragten en zeden en gebruiken, 66. (7) M. Havermans-Dikstaal, Aangekleed gaat uit. Streekkleding en cultuur in Noord- Holland 1750-1900 (Zwolle 1998) 196. In dit boek staat overigens ook de Egmondse ker- misprent van Bing en Braet. op bladzijde 193. 8 Geestgronden, 15 (2008), nr. 1

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Geestgronden - Egmonden | 2008 | | pagina 10