Ik was destijds bij gunstig weer graag en vaak 's avonds of 's nachts op het
strand, dat hing af van het tij, om te struinen of te jutten en wilde toch wel
een aandenken aan de Voorwaarts. Zo ging ik op een late avond weer die
richting uit, het was windstil weer maar wel veel regen. Ik kwam de
wachtsman van de logger tegen, die op weg naar huis ging. Die wachtsman
was 'Tie Öipert', ofwel lOipie Lot'Zijn echte naam was geloof ik Huibert
Prins. Maar ik begreep wel dat hij zou kijken wat ik zou gaan doen. Wel ik
fietste de logger ongeïnteresseerd voorbij en 'Tie Öipert' ging verder op
huis aan. Na een half uurtje ging ik toch even aan boord en na wat gestruin
boven op het dak van de brug aangekomen, stond daar een kruis met drie
scheepslampen. Na een paar keer heen en weer buigen brak het geval af en
heb toen een ijzerzaag uit de machinekamer gehaald en die drie lampen er
afgezaagd en daarmee naar huis.
Waar die lampen nu zijn? Twee van mijn broers hebben er ieder een afge
troggeld en een hangt er in mijn woonkamer en doet elke avond zijn plicht
als schemerlamp waar ik graag naar kijk, want het is een leuke herinnering
aan mijn jutters loopbaan.
De Voorwaarts is later op strand gesloopt, dat was in die strenge winter van
1962-1963. Ik zat toen 3 maanden in het vorstverlet en ik heb hieraan nog
een week meegeholpen met nog een Derper Jaap Zwart van 'Phillip Vet'.
De slopers kwamen uit Den Helder en dat waren Meindert de Haan en Jan
Mosk. Toen Jan Mosk zijn naam noemde moest ik toch wel lachen, want
van mijn moeders kant is de bijnaam Mosk.
Waarom ik dit stukje geschreven heb. Nogmaals het is geen helden verhaal,
m" maar ik leef ook een beetje met de herinneringen aan jammer genoeg voor-
c'c bije, maar spannende jutters verleden. Het heeft toch iets met de geschiede-
ie J
nis van Egmond aan Zee en het strandleven van doen. Wel hoop ik dat het
een en ander verjaard is en ik alsnog geen problemen krijg met het wettelijk
gezag
ssen
als
De
nen.
het
nr. 4
Geestgronden. 14 (2007), nr. 4
131