Op zoek naar wetenswaardigheden van 100 jaar geleden stuitten de auteurs P.
Groent R. Leijen in het Regionaal Archief te Alkmaar op een anekdote over
hondenkar(ren) in Egmond aan Zee. Alvorens het citaat "Op een Egmondsche
hondenkar" uit de Alkmaarsche Courant van 6-1-1905 weer te geven, eerst enige
wetenswaardigheden omtrent hondenkarren.
Dit artikel is geplaatst met instemming van de familie Groen.
Piet Groent en Rob Leijen
EGMOND AAN ZEE1905
Een kleine eeuw geleden speelde de hond een belangrijke rol in het straat
beeld. Hij trok onder andere de kar van de bakker, de melkman, de postbo
de, de olieboer en de visventer.
Wie zich geen paardenkracht kon permitteren, gebruikte hondenenergie als
transportmiddel. Mensen die iets te venten hadden, van marskramer tot
mosselman, trokken met de hondenkar van deur tot deur, zo ook in de
Egmonden. Bekend is dat hondenkarren al anno 1850 werden gebruikt voor
vervoer van allerlei vrachten voor 'tante POS', maar officieel werd bij de
PTT de hondenkar in 1912 ingevoerd. Nadat het bomschuitentijdperk voor
Egmond aan Zee achter de rug was en de vis nog op het strand werd aange
voerd, moesten de visventers uitwijken naar IJmuiden. En dit alles per hon
denkar. De gemeente IJmuiden had speciale hondenhokken aan de Bik en
Arnoldkade laten bouwen om de hondenkarren van de Egmonders onder te
brengen wanneer hun baasje op de visafslag was (afb. 1
Doch in 1910 trad de 'Trekhondenwet van 1910' in werking. Om met zo
een hondenkar te mogen rijden moest men aan een aantal verplichtingen
voldoen. Voordat er een vergunning afgegeven kon worden, moest de aan
vrager met zijn hond en hondenkar aan een aantal strenge verplichtingen
voldoen. De hond, waarvoor de vergunning werd aangevraagd, onderging
een lichamelijke keuring. Wanneer en waar er zo een keuring van trekhon
den plaats vond, werd door het plaatselijke College van Burgemeester en
Wethouders bekend gemaakt. Van het geheel werd een registratiesysteem
bijgehouden, waarin diverse gegevens van de aanvragers (-sters) waren
opgenomen. Bij de registers werden naast de standaardgegevens, zoals
volgnummer, naam van de aanvrager, datum inschrijving, datum van het
verleende B&W besluit, ook een keuringsrapport en een puntenlijst opge
maakt. De 'Trekhondenwet van 1910' kende 15 bepalingen (afb. 2 en 3).
Geestgronden, 14 (2007), nr. 1 3
