rond gesleten klinkers. Cees kon dan mooi vertellen van de kerk die ooit in
zee verdween. Hij en Sieny hadden er schik in als er een stelletje kinderen
met open mond stond te luisteren.
Troep in de kelder?
Schrijver Henk ten Berge, woonachtig in Egmond-Binnen, raadpleegde
Cees voor zijn laatste boek: Spiegel van de lage landen. Het was voor hem
een warme ervaring: de hartstocht en deskundigheid waarmee Cees over de
historie van de visserij en over het goudschip Lutine kon vertellen. Hij is
nog onder de indruk van de documenten en oude voorwerpen die Cees
bezat van zijn voorvaderen en hoopt dat ze gekoesterd worden. Ten Berge:
"Bij alles wat Cees vertelde, zei hij: "Daar heb ik nog wat van en dan
haalde hij het van beneden. Hij kon daardoor leuke verbanden leggen en
dat gaf zijn verhalen kleur. Deze 'archieven', volgens dochter Guurtje een
mooi woord voor alle troep thuis in de kelder, brachten Cees ertoe om te
gaan schrijven in Geestgronden. Vanaf 1998 wel veertien artikelen over
allerlei onderwerpen. Op zaterdagmiddag kwam Ron Ranzijn van de redac
tie vaak langs en dan namen ze het stuk door. Cees had geen schrijferva-
ring, maar leerde veel van Ron en na een jaar was die verbaasd over zijn
vorderingen. In nummer 2 van 1998 lezen we hoe smakelijk vader Gerrit
Blaauboer kon vertellen over zijn jeugd. Over heerlijke warme kadetten
Afb. 7 Sieny en Cees
op de visserijdag (col
lectie fam. Blaauboer)
Geestgronden, 13 (2006), nr. 2/3
55