der goed heb kunnen samenwerken. Bij verjaardagen kwamen we met nog
wat Egmondse kennissen altijd gezellig bij elkaar. Bij de familie Helle hiel
den ze als huisdier 'n aap en 'n sprekende papegaai. Op zo 'n verjaardag,
toen ons gesprek even stil viel, krijste die papegaai: 'rotzak, rotzak', tot
grote hilariteit. Op die verjaardagen troffen ook de hoge gemeenteambte
naren elkaar en vader abt kwam de dokter dan feliciteren.
Wars van eerbetoon
Dokter Moons wist niet alleen hoe het er in de gezinnen voorstond; hij had
ook toegang tot het 'bestuur' en was - volgens zijn oud-patiënten - een
soort tussenpersoon die wel eens iets voor elkaar kreeg voor zijn mensen.
Zelf is de dokter daar bescheiden over en wil er niet op ingaan. Overigens
was hij ook toen al wars van eerbetoon. Hij herinnert zich dat hij 'n keer
met zuster Korse op de Sint Jozefschool in de Hoef kwam in de klas van
juffrouw Ruytenburg voor het geven van 'n injectie. "Ik hoor nog die tik op
de lessenaar, het teken dat de kinderen moesten opstaan. Ik hield daar hele
maal niet van. Wat ik altijd onzin heb gevonden: dat mensen hun hoed of
pet voor mij afnamen als ze me tegen kwamen. We moeten hierbij beden
ken, dat er in de jaren vijftig nog een duidelijk onderscheid was tussen de
'notabelen' van het dorp en de 'gewone' mensen.
Atb. 7 Familiefoto uit 1953.
Mevrouw Moons-Sips, dokter
Moons en oma Sips.
Daarvoor: Marijke, Carla,
Eric en Olga. (Marlies,
Yvonne en Mare ontbreken).
(Foto collectie familie Moons)
S J H MOONS
ARTS
16
Geestgronden, 13 (2006), nr. 1