Onze naaste buren waren de vrijgezellen Cor en zijn zuster Neeltje
Kraakman, aan de andere kant van ons woonden de gebroeders Giel en
Dorus Butter. Het waren allen zeer markante figuren uit de Hoef van toen.
Cor Kraakman was de klokkenmaker van de Egmonden en stond bekend
als een levensgenieter, die er meer dan één stamkroeg op na hield.
Neeltje meende een bijzondere gave te hebben als zieneres en contact te
kunnen maken met de geest van haar overleden vader. Zij zou kunnen
genezen door handoplegging. Menige Hoever durfde niet bij haar naar bin
nen en ging met een boogje om haar tweedelige voordeur heen. Wij als
buurkinderen hadden daar geen moeite mee en vonden het fijn als we er te
gast mochten zijn en genoten van het bijzondere huis, vol met antieke en
bijzondere voorwerpen.
Neeltje en Cor bewoonden voor twee-derde het grote huis De Hoop' (aft.
29). het oostelijke gedeelte werd bewoond door buurvrouw Duinmeijer, die
een wasserij exploiteerde in het nu nog bestaande aanbouwtje. Door het
raam zagen wij hoe de was door een grote mangel werd verwerkt
De gebroeders Butter beheerden een kruidenierszaak. Daarnaast verzorgde
Giel nog een krantenwijk. Dorus huwde een Oostenrijkse vrouw, voor ons
tante Butter. Door een dreigend faillissement verdwenen zij plotseling naar
Wenen alwaar hij, voor zover bekend, is gestorven en begraven.
Afb. 29: Het huis 'De Hoop' (foto Jonker)
Geestgronden, 12 (2005), nr. 2/3 93
