De Elfstedentocht van 1956
In 1956 heb ik het weer geprobeerd en dit keer met succes. Deze keer ver
liep alles goed. In 1947 had ik voor de warmte nog kranten tussen mijn kle
ren gestopt. Dat dit helemaal verkeerd was bleek toen door het transpireren
de kranten stuk gingen en naar beneden zakten. Goede warme kleding was
er in 1947 eenvoudigweg nog niet. Maar in 1956 werd mij aangeraden
een zemen lap te gebruiken. Toen mijn vrouw Sieny een dergelijke lap bij
onze buurvrouw mejuffrouw A. van der Plas in haar kleine winkeltje aan
de Marinestraat kocht, zei deze: "Maad, je bent gek om zo'n kostelijke
lap daarvoor te gebruiken. Laat hem maar een extra onderbroek aan doen.
Zonde van de centen." In 1956 waren zemen lappen namelijk nogal prijzig.
Al met al was ook deze elfstentocht een overgetelijke rit en nog belangrij
kermet het zo fel begeerde Elstedenkruisje.
Afb. 33/34. Elfstedentocht 14-2-1956. Elfstedenkruisje C. Blaauboer, voor- en ach
terzijde (bron: familie Blaauboer)
Onze kinderen die later op school vertelden dat papa een Elfstedenkruisje
had. moesten dat kruisje altijd mee naar school nemen om te laten zien. In
de huidige tijd van supercups, bekers en andere gouden, zilveren en bron
zen onderscheidingen is het ook maar een iel kruisje dat schril afsteekt bij
de enorme prestatie die je ervoor hebt moeten leveren.
P.S. Beide Elfstedentochten en veel dorps- en toertochten heb ik op houten
schaatsen gereden
Geestgronden, 12 (2005), nr. 1
41