hij het bewijs ter zake volkomen kundig te zijn. Op 6 september 1931 werd
het zweefvliegkamp 'officieel' gesloten. Hierna werden er echter nog regel
matig oefeningen gehouden (afb. 4 en 5). Deze stonden nu onder leiding
van de heer Tijen, de inspecteur van de vereniging die eerder voor 'de eer'
bedankt had. Bij deze oefeningen werden eveneens goede resultaten behaald.
Afb. 4-5: Ondanks de 'officiële' sluiting op 6 september 1931 ging het oefenen
door (uit: Hel vliegveldaugustus 1932, uitsnede foto's blz. 232-233) (Uit archief
Ary Ceelen)
Aan het eind van 1931 waren er drie zweefvliegclubs in ons land: de
Algemene Nederlandsche Zweef Vereniging te Egmond aan Zee; de Eerste
Nederlandse Zweefclub, die een kwijnend bestaan leidde en de Zweefclub
voor Jongeren te Noordwijk.
Op 13 december 1931 bestond de A.N.Z.V. één jaar. Het bestuur meende
dit feit niet onopgemerkt voorbij te mogen laten gaan en besloot, geheel in
overeenstemming met het doel der vereniging, een kerstzweefvliegkamp te
organiseren. Daarvoor was een groot heideveld met lichte glooiingen nabij
Arnhem uitgekozen. Later zou hier het Zweefvliegcentrum Teriet worden
gevestigd. Weer was het Röhm die in het kerstzweefvliegkamp als instruc
teur optrad. De leiding van dit kamp berustte bij L.C. Kruithof. Hij had in
de zomer zijn eerste zweefvliegsprongen in Egmond aan Zee gemaakt.
Voor het kerstkamp werden de beide Kassei-zweefvliegtuigen vanuit
Egmond aan Zee naar Teriet overgebracht. Toen de vliegtuigen, geladen op
vrachtwagens van Bruynzeels parketvloerenfabriek. passeerden, vergaderde
10
Geestgronden, 10(2003), nr. I