Beide winters zal ik niet licht vergeten. Opmerkelijk in 1947 was overi
gens, dat toen een heel lange, warme zomer volgde waarbij de wind tot
eind september voortdurend in de oosthoek bleef zitten. Toen konden we
dus terugzien op negen maanden voortdurende oostenwind!
Veertig jaar geleden begon de strenge vorstperiode op 22 december. Er
werd toen nog met ontzag over die strenge winter van 1947 gesproken.
Maar er volgde een koudeperiode die uitgroeide tot een van de zwaarste die
Nederland sinds mensenheugenis gekend had. Sterker nog: heel Europa van
Siberië tot aan de Noordzee lag bedekt onder een dik pak sneeuw. De tem
peratuur van de Noordzee daalde tot rond het vriespunt, waardoor de
sneeuw als een papperige massa op het water bleef drijven en er grote
sneeuwvelden werden gevormd. Ook het gehele strand werd bedekt met
sneeuw en ijs.
Afb. 11Bemanning van station Egmond aan Zee van de reddingmaatschappij
maakt in 1963 door de sneeuwmassa op het strand een doorgang voor de boot. Van
links naar rechts: Hendrik Visser f, Arie de Groot t- Kees Blaauboer, Cor van Pel f,
Siem Hopman, Eddy Sander, Hessel de Boer, Rinus Glas t, Arie Broek f, Gerrit
van der Pol t, Huug Nieuwland f, Johan Wijker t. Kees Visser f
128
Geestgronden, 9 (2002nr. 4