Piet Groen en Rob Leijen verhalen van letterlijk en figuurlijk gestrande vliegtui
gen. (Red.)
P. Groen en R. Leijen
VLIEGTUIGEN OP HET STRAND
Voertuigen op het strand zijn niets bijzonders. Gestrande schepen zijn
uitzonderlijk, maar het komt voor. Maar vliegtuigen op het strand zijn
een rariteit. Toch waren ze begin vorige eeuw meerdere malen op het
strand van Egmond aan Zee te zien. In de beginjaren van de luchtvaart
wilde het namelijk nog wel eens voorkomen, dat een toestel plotseling
een noodlanding moest maken. Het strand bleek hiervoor uitermate
geschikt. Het eerste bekende voorval dateert uit 1916. De Egmondse
Badbode van 15 augustus 1916 tekende daarover het volgende op:
"Even voorbij strandpaal 39 landde hier 's morgens 7 augustus onge
veer half elf een Hollandsche tweedekker bemand met 2 officierende
luitenants Nieuwenhuizen en Leoni (dit moet zijn Lioni, P.G. en RL).
Het vliegtuig is het indertijd geïnterneerde Engelsche wat later door
onze regering werd aangekocht. Na een half uur kon men de luchtreizi
gers zien opstijgen om in de richting IJmuiden te verdwijnen. Hierbij
werd hulp verleend door onze kustwachtcommandant, Res. Luitenant
Vinke.
Enig nader onderzoek heeft aangetoond, dat Nieuwenhuis de vlieger
moet zijn geweest omdat Lioni op 7 augustus 1916 zijn FAI (Fédération
Aéronatique Internationale) brevet voor dit vliegtuig nog niet had. Helaas
is geen foto of beschrijving van het toestel beschikbaar maar het moet
een Avro 504 (geregistreerd in Nederland als de LA 13, waarbij LA voor
Luchtvaart Afdeling staat) of een BE.2C (de LA24) zijn geweest. De
Avro 504 werd in 1913 ontworpen. De BE.2C werd in de herfst van
1915 door de voorloper van de Engelse luchtmacht, het Royal Flying
Corps (RFC) in gebruik genomen.
Noodlandingen van marinevliegtuigen
Op zaterdag 4 oktober 1919 zag een aantal Derpers op de Werf11 om
ongeveer kwart voor twaalf 's morgens een tweedekker uit zuidelijke
richting komen aanvliegen. In die tijd was zoiets een nog hele belevenis.
Geestgronden, 9(2002), nr. I
17