op papier kwam, laat staan enige geschreven overeenkomst. Ik ben dan 18
jaar en ga met de maten biljarten bij Bertus van Pel in De Kroon.
Afb. 4: Bij Engelbertus van Pel in De Kroon werd gebiljart (uitgave mej. A. Genet,
Egmond aan Zee. uit Historische Bibliotheek Jan Lute)
1923
Simon Zwaan is in 1921 verhuisd naar Bergen naar de Karei de Grootelaan
20, het meest centrale punt in zijn afzetgebied. Simon wordt echter ernstig
ziek, de zaak gaat dicht en zij trekken in bij zijn schoonvader, Albert Heere.
Als ik hem in het voorjaar ga bezoeken, zegt hij zijn zaak in Bergen weer te
openen. Hij is dan genezen en hij vraagt of ik hem wil komen helpen, intern
en goed loon. Aangezien ik het visventen in het boerenland beu was, ik zag
daar geen toekomst in: tien huizen langs om een keer voor twee kwartjes vis
te verkopen. De mensen hadden geen geld. of ze moesten sparen voor de
a.s. kermis, of Jopie van Hoorn was net geweest met bakbokking, er scheen
bij ieder altijd wel een beletsel te wezen om van mij iets te kopen. Nee, daar
zag ik geen perspektief in; ik werd toen 20 en zon op iets anders.
In die dagen was mijn neef Cor Zwart bij ons geweest. Die was stoker bij
de Marine. Hij deed hartverheffende verhalen over de Marine, hoewel hij
16
Geestgronden, 7 (2000), nr. I