echter slecht weer en was het niet mogelijk te duiken. Pas op 29 mei werd
de bom boven het wrak geplaatst. Er werd acht keer gedoken, maar zonder
resultaat.
Op 1 juni was men gelukkiger: reeds bij de tweede afdaling vond helmdui
ker Gerrit Wijker de eerste zilveren staaf. Er volgen die dag nog vier stuks.
Twee dagen later bracht dezelfde Wijker ook de eerste gouden staaf naar
boven. Tot en met 14 juni werden 62 zilveren en 31 gouden staven gebor
gen. In juli kwamen er nog vier gouden staven bij.
De helmduiker Piet Zwart was daarbij wel bijzonder fortuinlijk: hij bracht
34 zilveren en 17 gouden staven naar boven. Zwart vond tijdens zijn werk
zaamheden op het wrak ook nog een gouden horlogeketting, die hij graag
als souvenir wilde behouden. In het veen ziet men niet op een turfje, niet
waar?! Hij wist de ketting langs de controleurs te smokkelen door deze bij
zijn pruimtabak in zijn mond te stoppen. De gouden ketting is nog altijd in
bezit van nabestaanden van de duiker in Egmond.
De gedachte leefde, dat nu de hoofdschat was aangeboord. Het was welis
waar een rijke ader, maar toch niet de hoofdader. Die zou nooit worden
gevonden.
Tenslotte werd de opbrengst zo onbeduidend, dat Taurel op 18 juni zelf als
helmduiker naar het wrak afdaalde. (Of deed hij dit uit wantrouwen vanwe
ge de hardnekkige geruchten, dat de Egmonders onder de bodem van de
bom een bergruimte hadden bevestigd om een extraatje voor henzelf weg te
stoppen...) Op 12 augustus ging Taurel nogmaals zelf beneden een kijkje
nemen. Maar het bleef bij piasters. Duiker Zwart gaf dan ook te kennen, dat
naar zijn mening de visserij wel gestaakt kon worden. Toch wilde de Ter-
schellinger onderneming haar geluk nogmaals proberen. Een tweede vaar
tuig werd tot de visserij toegelaten. Op 23 september vond een dubbele dui
king plaats. De nieuwe helmduiker was echter niet gelukkiger en hij vond
het zulk moeilijk werk dat hij het bij deze eerste poging liet.
Die dag bracht een Egmondse duiker nog een gouden staaf naar boven. Maar
dat was voor het jaar 1858 ook de laatste. Er waren van begin mei tot en met
23 oktober 36 gouden en 62 zilveren staven, een partij Spaanse matten en wat
goud geld naar boven gehaald met een gezamenlijke waarde van 447.316.
16
Geestgronden, 6 (1999), nr. I