In de artikelen die Ron van Vleuten wijdde aan de Amerikaanse schilderskolonie
in Egmond (Geestgronden jrg. 1, nr. 1/2, (okt. 1994) en jrg. 2, nr. 2/3 (juli
1995) noemde hij onder andere het werk van Florence Upton, een leerlinge van
George Hitchcock. Voor twee van haar schilderijen koos zij als locatie de Gele
Kamer in de boerderij Overslot. Beide stukken tonen een moeder en kind, geze
ten bij het raam. Met op de achtergrond duidelijk zichtbaar, de schoorsteenman
tel met het (onlangs ontvreemde en in Delft weer getraceerde) tegeltableau, dat
op die manier - nu zo'n 90 jaar geleden - vereeuwigd werd. Ron van Vleuten
gaat hier nader in op de persoon en het werk van Florence Upton en op de twee
versies van De Gele kamer. (Red.)
R. van Vleuten
HET TEGELTABLEAU VAN OVERSLOT, VEREEUWIGD OP TWEE
SCHILDERIJEN
Florence Kate Upton. in 1873 geboren op Long Island (Verenigde Staten),
genoot al een zekere bekendheid toen zij in 1902 voor het eerst naar Egmond
kwam om schilderles te nemen bij George Hitchcock. Zij had naam gemaakt
als schrijfster/illustratrice van kinderboeken, met als hoofdfiguur het
negerpopje Golliwog. Door haar opleiding op kunstacademies in New York
en Parijs en dankzij haar aangeboren talent behoorde zij al spoedig tot
Hitchcocks beste leerlingen. Haar grote doorbraak kwam in 1904, met het
schilderij De dochter van de herbergier.
Het werk werd waardig bevonden te worden geëxposeerd in de Salon van
de Société Nationale des Beaux Arts, oftewel de 'Nieuwe Salon' waarvan
onder anderen de beeldhouwer Rodin lid was. In de jaren daarna keerde
Florence Upton regelmatig terug naar Egmond. Hitchcocks schildercursus
ging in 1904 zijn laatste seizoen in. Het jaar daarop scheidde hij van zijn
vrouw. Met haar was Florence inmiddels goed bevriend geraakt, evenals
met Gari en Corinne Melchers. Ook met Maartje - 'de dochter van de her
bergier' - en met andere leden van de familie Bult had Florence een bijzon
dere band. In haar brieven beschrijft zij hoe gelukkig zij is in Egmond, hoe
zeer zij zich hier thuis voelt en hoe hartelijk het weerzien is, soms na een
tussenpoos van vele jaren.
Inmiddels is haar ster rijzende, niet alleen door het succes van de Golliwog-
boeken (waarvan er één in en rond Egmond is gesitueerd), maar ook door
94
Geestgronden, 4 (1997), nr. 3/4