de Commissie der Kustvuren in Frankrijk. Hij was een broer van wijlen J.
Fresnel (1788-18271). Hij was de uitvinder van toepassing van lenzenstel
sels voor het bundelen van lichtstralen.
Het lichttoestel, een stilstaand lensvormig lamplicht kreeg een diameter van
één el. Zo zou aldus de heer Twent met hetzelfde olieverbruik een dubbele
en gelijkmatiger lichtsterkte verkregen kunnen worden.
De opdracht voor lichttoestellen ging inderdaad naar Rijksgeschutgieter
Maritz Zoon te 's Gravenhage. Er ontstond nog onenigheid over de dikte
der glazen. De volgens Twent te dunne glazen werden toch geaccepteerd,
op voorwaarde dat de leverancier nog enige jaren de verantwoording zou
blijven dragen.
Er was inmiddels zoveel tijd heen gegaan, dat het contract met de oude
vuurstokers nog moest worden verlengd. Maar op 1 augustus 1834 konden
toch nieuwe, waarschijnlijk speciaal opgeleide lichtwachters in dienst
genomen worden. De Zuidertoren werd in werking gesteld. De bouw van
de noordelijke toren werd daarna gestart. Tot 1879 werd patent- of raapolie
gebruikt, daarna petroleum.
Afb. 8: Gezicht op de oude vuurtoren (foto Jonker)
Geestgronden, 4 (1997), nr. 2 45