De laatste keer waren ze te zien rond de jaarwisseling 1995-1996. Menige
wandelaar zal zich dan afvragen, wat voor soort schip het is geweest, hoe
lang het er al ligt en waar het vandaan komt.
De naam van het schip was Sokrates. Het betreft een bark (een zeilschip
met drie of meer masten), die in Drammen in Noorwegen is gebouwd. Het
schip strandde in 1884 op de Egmondse kust.
Drammen ligt vijftig kilometer ten zuidwesten van Oslo aan de Drammenstjord,
een van de inhammen van de Osiotjord. Daar kwam de scheepsbouw al in
de zeventiende eeuw tot ontwikkeling. De plaats was in de negentiende
eeuw een scheepsstad van aanmerkelijke grootte. Scheepsbouwer Jens
Jprgensen was opgeleid in de zuidelijker gelegen plaats Horten. Hij nam de
Holmen-werf in Drammen over. Die groeide onder zijn bewind uit tot de
grootste van het land. In 1869 waren er direct of indirect zo'n duizend men
sen bij de werkzaamheden van de werf betrokken.
Jprgenson kreeg later de leiding over een aantal werven aan de fjord.
Samen met zijn schoonvader Svend Knudsen, scheepsreder, bouwde hij in
vijfentwintig jaar tijd meer dan 150 schepen. Daaronder bevond zich de
Sokrates. Aan de bouw werd in 1866 begonnen. Het was de bedoeling de
buitenkant in 1877 te voltooien om het schip in oktober 1880 in de vaart te
brengen. Het schip werd gemaakt van grenen- en eikenhout, dat met houten
pennen werd verbonden. Het kreeg één dek met tussenbalken. De lengte
werd 120 Noorse voet (0,314 meter); de breedte 28 en de diepte van het
ruim 15,8 voet.
Het schip moest ruim 2000 kg kunnen vervoeren, maar de diepgang mocht
niet verder gaan dan 16,5 voet. Een type schip als de bark Sokrates mocht
goederen als gewalste platen, bakstenen, vuurvaste stenen, beton, aarde en
cement vervoeren. Maar ook vaten of kisten met marmer, glas, steensoor
ten, salpeter, soda en fosfaten.
Naarmate de bouw vorderde, vonden aanpassingen plaats. Zo werden er
stalen verankeringen aangebracht. In 1879 werd de bodem gebreeuwd
(waterdicht maken van de naden), waarna deze gelijk werd geïnspecteerd.
Eigenaar van de Sokrates was toen S. Aarpe, die de bark in aanbouw had
overgenomen van C. T. Alberthsen.
52
Geestgronden, 3 (1996), nr. 3/4