In de twee voorgaande nummers van Geestgronden verzamelde Jan Lute enke
le historische feiten aangaande de Rinnegommerkerk uit de uitvoerige parochie
geschiedenis van pater Beekman. Hier volgt tot besluit zijn korte impressie uit
de periode rond de eeuwwisseling.
Het kerkgebouw zelf stond bijna twee eeuwen lang als markant baken in het
hart van de drie Egmonden. Niet minder centraal blijkt in het begin van deze
eeuw de positie van mijnheer pastoor te zijn geweest. (Red.)
J. Lute
DE RINNEGOMMERKERK (3, slot)
Pastoor J.D. Looyaard diende de parochie van 1894 tot 1913. Samen met
zijn kapelaans en vaak gesteund door het (RK) hoofd van de (openbare)
school van Egmond-Binnen P.J. Brouwers (overl. 1910), diens hulponder
wijzer Schellekens en de voormalige hulponderwijzer van Den Hoef A.
Jansen, was hij actief op vele terreinen.
In 1896 werd de nieuwe kieswet van minister Van Houten aangenomen,
waardoor het aantal kiezers zou verdubbelen. Tot dan toe mochten alleen
de meest gegoede mannen stemmen, maar in het vervolg zouden ook in
Egmond veel nieuwe kiezers worden opgeroepen. De pastoor voorzag een
forse verschuiving naar links (lees: liberaal), maar begreep ook dat de ver
ruiming van de wet door de katholieken kon worden benut. Hij richtte
dadelijk een kiesvereniging op, mede op aanraden van deken Ruscheblatt
uit Alkmaar. Meester Brouwers werd voorzitter en de pastoor ere-voorzit-
ter.
Afb. 6: meester Petrus Josias Brouwers
Geestgronden, 2 (1995), nr. 4
77