Alle drie Egmonden kerkten toen nog in Rinnegom. De kerk werd te klein,
zo blijkt uit een brief die het kerkbestuur 28 maart 1899 stuurde aan de
bisschop van Haarlem. Monseigneur J. Callier had geen bezwaren tegen
uitbreiding van het gebouw. Het plan kwam echter nooit ten uitvoering.
Egmond aan Zee en Egmond aan den Hoef kregen niet lang daarna eigen
kerken.
Wel werd nog een nieuwe luidklok aangeschaft. De oude uit 1858 kon
worden ingeruild. Het koper bracht 0,95 per kilo op. De nieuwe klok van
499 kilo kostte 1,50 per kilo.
Ook schafte de pastoor een nieuw tabernakel aan. De firma Lips uit
Dordrecht leverde de bewaarplaats voor het Allerheiligste voor de prijs van
ƒ314,- inclusief zijden bekleding. Enkele jaren later, in 1908, bleek er
behoefte te bestaan aan een brandkast. Opnieuw was de firma Lips de
leverancier. De brandkast kostte 714,-. Een kerk met behoefte aan een
brandkast moet toch wel goedgeefse parochianen gehad hebben.
Bronnen:
Dom A. Beekman Geschiedenis van de parochie van Sint Adelhert. Manuscript,
1958. Historische Biblotheek Jan Lute.
W. J. van den Berg Historisch Kadaster van de Binnen-Egmonden. Utrecht. 1985.
Bijdragen voor de geschiedenis van het Bisdom Haarlem.
Geestgronden. 2 (1995). nr. 2/3
47