Buitendrinken
Van 19 mei tot en met 31 juli 1994 vond in het Stedelijk Museum in
Alkmaar de tentoonstelling Perfect gemeten plaats. Onder de geëxposeerde
16e en 17e eeuwse kaarten waren er ook enkele van Egmond.
Naar aanleiding van een kaart van de Egmonder- en Bergermeer voor de
droogmaking rept Diederik Aten in de catalogus (p. 103) over spanningen
tussen Alkmaar en de twee bedijkers Lamoraal, graaf van Egmond en
Hendrik van Brederode. heer van Bergen. Het probleem kwam voort uit de
vele tapperijen, vlak onder de muren van Alkmaar. Daar, net buiten het
rechtsgebied van de stad was het bier niet belast met accijns.
Het zogenaamde buitendrinken door de burgers betekende een gevoelige
inkomstenderving voor de stad. Bedijking van de meren zou het gebied bij
de stad waar accijnsvrij bier genuttigd kon worden, drastisch vergroten.
Alkmaar eiste daarom, dat een flink deel van het nieuwe land bij zijn
rechtsgebied gevoegd zou worden.
Landvoogdes Margaretha van Parma besliste uiteindelijk op 20 augustus
1565, dat Egmont en Brederode de jurisdictie zouden behouden.
Ze bepaalde echter tevens, dat binnen een bepaalde zone rond Alkmaar
geen tapperijen mochten komen.
(Diederik Aten heeft zijn proefschrift 'Als het gewelt comt...'. Politiek en
economie in Holland benoorden het IJ, 1500 - 1800 gewijd aan conflicten
tussen Noordhollandse steden in de zestiende en zeventiende eeuw.
De schrijver promoveert 13 april 1995 aan de universiteit van Amsterdam
tot doctor in de Letteren.
22
Geestgronden, 2 (1995), nr. I