18e eeuw - kwamen de bedrijven meer in handen van eigenaren die
ook boerden. Zij bleven echter vooral georiënteerd op Heiloo en de
stad.
De huidige gemeentegrens loopt langs de Nieuwe (Egmond-Binner)
vaart en het bruggetje waar vroeger het Overhaaldershuis stond 119)
en volgt dan de Hoevervaart [20] oostwaarts en vervolgens naar het
noorden. Links ligt de boerderij met de naam Klein Kranebroek of,
heel toepasselijk voor een grensgeval, de Kijfbosschen [21].
Verderop aan de Alkmaarse kant van de vaart stond daar ooit de
Kijfmolen. De Geestmolen staat nog wat verder, aan de meerkant van
de vaart, nu geheel weggedrukt door de flats in het Hoefplan. Dat
was een van de molens die het meer droogmaalden.
Wie kan nu nog de plek vinden van de vroegere Kalkovensbrug over
de Hoevervaart die lange tijd een verbinding vormde tussen Alkmaar
en de Egmondermeer? Alle herkenningspunten zijn hier weggevaagd
door de aanleg van het Hoefplan. Hij lag bij de speeltuin ten
noordoosten van het opvallende gebouw met het blauwe dak van de
firma Ahrend, aan de randweg [22Van de Kalkovensweg is nog
een klein stukje over, nabij de Westerweg. De kalkovens van het
Varnebroek [23] stonden tussen de speeltuin en het Ahrend gebouw,
net binnen Alkmaars grenzen.
Het was een typisch stedelijk bedrijf van particuliere ondernemers.
De schelpen werden via de vaarten aangevoerd. Het is weer een
voorbeeld van de sterke economische verwevenheid van stad en
platteland. Beide waren tot elkaar veroordeeld, in voorspoed en
crisis. Geen wonder dat Alkmaarse geschiedschrijvers ook steeds
aandacht besteedden aan de satellietjes rondom de ster, en aan
Egmond niet in de laatste plaats.
Alkmaar.
20