8
Op 3 mei 1777 kocht Jochem Gerritszn. Blaauboer
voor 1400 gulden een woning in de Kerkebuurt te St.
Maartensbrug van de kapitein Theunis de Leeuw. Het was
een aanzienlijke woning met twee walviskaken die staande
de toegangspoort vormden.
Jochem Gerritszn. Blaauboer en Neeltje Adriaansdr. Mooij
kregen acht kinderen! Op 24 maart 1776 laten Jochem en
Neeltje een testament opmaken in Amsterdam, waarbij zij
elkaar benoemden tot erfgenaam echter met last van de
kind of kinderen welke d'eerststervende zal nalaten behoorlijk
op te voeden en groot te maaken, tot derzelver meerderjaarig
of gehuwd zijn en dan zodanig uit te zetten of ten huwelijk
meede te geeven ais de langstleevende naar de gesteitenisse
des boedels zal oordeelen te behooren.
Verder benoemde de eerststervende de langstlevende tot
voogd over de minderjarige kinderen.
Jochem Gerritszn. Blaauboer overleed op 10 juni 1815. Zijn
weduwe plaatst een overlijdensadvertentie in de Oprechte
Haarlemse Courant.
'Treurig en aandoenlijk was voor mij en mijne 8
volwassene Kinderen de dag van heden, daar op
den avond van denzelven, geheel onverwacht, mijn
waarde Man
JOCHEMBLA UB O ER, Hoofd-Ingeland
en Heemraad van de Zijpe en Hazepolder, in den
ouderdom van ruim 69Jaren, zijn nuttigen werkzaam
leven eindigde; gansch ongedacht en als in een oogenblik
door den Dood weggerukt.- Hoe hartverscheurend deze
slag ook voor mij en de mijnen zij, wenschen wij, gesterkt
door den Godsdienst, welke ook door den Overledenen
altijd op hoogen pjijs geschat werd, den Heere t zwijgen
en zijn doen te eerbiedigen.- Ik geef van dit treffend
Sterfgeval door dezen thans gebruikelijken weg, kennis
aan onze Vrienden en Bekenden, van welker deelneminge
in onze regtmatige droefheid ik mij volkomen overtuigd
houde, zonder daarvan door Brieven van Rouwbeklag
verzekerd te worden.
Zype, NEELTJEMOOY,
den 10 Junij 1815 Weduwe J. Blauboer.
Bij het pijltje: het huis van Jochem Gerritszn. Blaauboer
en Neeltje Adriaansdr. Mooij in St. Maartensbrug
Neeltje Adriaansdr. Mooij overleed in 1823. Dan blijkt
dat de commandeur-graanhandelaar een vermogen
heeft opgebouwd van bijna 400.000 gulden! Een enorm
kapitaal in die tijd! Jochem Gerritszn. Blaauboer behoorde
in 1811 tot de vermogendste grondbezitters van geheel
Nederland boven de grote rivieren. Hij bezat veel huizen,
landerijen en boerderijen in de Zijpe maar ook in Schagen,
Den Helder, Wieringerwaard, Egmond en Alkmaar. Ook de
uitvoerige lijst van roerende goederen geeft een beeld van
de rijkdom van Jochem en Neeltje. De behuizing van het
echtpaar Blaauboer stond in de lengte langs de weg met
aan de zijkanten een topgevel en een hoge schoorsteen.
Het huis bestond uit een voorhuis, een zijkamer,
voorkamer, middelkamer, achtereind, achterkamer, zolder,
bovenkamertje, achterkeuken, een kamertje en een
werkkeukentje.
Een aantal objecten uit de inventarislijst bij de
boedelbeschrijving:
Een glad opgelegd kabinet, een gladhouten bureau, een
schilderij voorstellende de Groenlandsche Visscherij, bijbel
met koperbeslag, een zwart gekleurd theeservies, een spiegel
met vergulde lijst, een eiken hoekbuffet, twaalf Engelse
borden met schepen, een geknipt pronkschilderijtje, Delfts
aardewerk, een gladhouten kabinet en op dit kabinet vijf
porseleinen kommen, een eiken linnenpers op stelling, vier
glazen karaffen, twaalf kelken en zo gaat het bladzijden lang
door...
Ook de lijst van gouden en zilveren voorwerpen is enorm!
Uit die opsomming blijkt de voorname status die Jochem
en Neeltje Blaauboer-Mooij voerden.
Jochem met gouden en zilveren broek- en schoengespen
en Neeltje met gouden oorijzer, bijbehorende naalden, een
juwelenbootje, dito spelden en ring, granaten ketting.