Huwelijken gezin
64
Goed met de buren
Piet was in 1953 getrouwd met Bep en zij woonden zolang
in een zomerhuisje aan de Zeeweg. In de slagerij is hun
dochter Anja in 1954 en zoon Klaas (vernoemd naar opa
Rietvink) in 1956 geboren. Anja vertelde, dat ze als peuter
in de box voor de winkel stond en elke voorbijganger uit
bundig begroette. Zo hard dat zelfs oma en opa Rietvink
het vanaf de Dorpsweg hoorden. Zij herinnerde zich nog
dat tijdens de kermis op de Buurt de draaimolen voor hun
huis stond. De exploitant trok stroom vanuit de slagerij, die
krachtstroom had voor de koelcel. Daarom mocht Anja voor
1953
Piet bleef in dienst van zijn vader. Vader Wit reed één keer
per week naar de veemarkt in Alkmaar, kocht een koe en
meestal een paar varkens. Als die op maandag met de vee
wagen gebracht werden, kon Piet aan de gang. Naast de
slagerij was een smalle steeg en daarachter was de slacht
plaats. Daar weer achter stond een grote bunker met vier
kamers. Later stond de bestelauto erin. Onder de slacht
plaats was de spekkelder. Het spek moest in het zout. Ham
moest acht dagen in de pekel en dan worden gerookt, ver
volgens ging er touw omheen en dan was hij klaar om te
snijden. Alles moest zorgvuldig gedaan worden, anders zou
het bederven. In de kalverentijd kochten ze nuchtere kalve
ren. Dochter Anja was dan altijd bij ze te vinden, totdat...!
Ook moesten er kroketten worden gemaakt, onwijs veel.
Dat werd gedaan door moeder An en Bep. De kroketten
werden aan het eind van de dag warm verkocht, vooral aan
badgasten. Bep werkte in de zaak op de achtergrond mee,
hield alles schoon en ze had de zorg voor het gezin. Door
deweeks reed Piet met de bestelwagen de klanten af. Van
Callantsoog en Groote Keeten tot de Doggersvaart ging hij
alle boeren af.
Met de buren Vader gingen vader en moeder Wit soms op
vakantie. Adriaan Vader had een taxibedrijf en een benzine
pomp voor de deur. Met z'n vieren reisden ze met de T-Ford
door Nederland. Als de buren weg waren, hing er een bord
je aan de pomp: "Vervoeg U naar de slagerij." Piet had de
sleutel van de pomp. Bep bleef dan in de winkel en hij ging
mee om te tanken.
Juni 1956. Moeder An en vader Simon met
kleindochter Anja naast de slagerij