mee de klas rond en moest je de juiste naam opschrijven. Ook hadden ze een schrift over de geschiedenis met teke ningen en plaatjes. (Annie schrijft dat hetzelfde gold voor de plakboeken van haar vakanties, die ze wist te versieren op dezelfde manier, want dit was haar hobby!) Later verhuis de haar school naar de Hervormde Kerk, omdat het gebouw gevorderd was door de Duitsers. De klassen in de kerk wa ren gescheiden door houten schotten, klompen en kleren in het koorhek bij de preekstoel, maar er werd ook 1 x per paar weken kerk gehouden in de banken rechts van de ingang van de kerk. Tante Pietertje met koe 'bont' (zomer 1 940) Een andere keer dronken ze koffie bij tante Pietertje. "Jullie moeten maar niet op de kop en schotel letten hoor, dat zijn hoerenstelletjes." "Wat bedoelt u daarmee, tante Pietertje?" vroegen ze. "Nou," zei ze: "Die kop en schotel horen niet bij elkaar." Annie de Vries (de dochter van tante Pietertje) werkte in de zomer bij het Joodse gezin Kleerekoper (gehele gezin in So- bibor vermoord), dat het zomerhuisje De Instuif had, dat te gen het duin stond. De familie Kleerekoper woonde in Am sterdam en kwam in de schoolvakanties naar Callantsoog. Hij was gymleraar op het Amsterdams gymnasium. Annie werd bevriend met hun dochter Elly. De familie Kok was met hen heel wat keren op het strand. Toen de familie Kleerekoper na de zomervakantie weer terug moest, mocht de familie Kok dit zomerhuisje De Instuif huren. Zodoende is de familie Kok op 13 oktober 1940 met een 'driewielerkar' met paard (van tante Jaantje, de zus van Tante Pietertje) ver huisd vanuit de kippenboet naar het stenen zomerhuis. Het gezin Kok woonde daar vlak bij De Groote Villa van jonk heer Van de Poll, eigenaar van het Kooibos naast de boerde rij van tante Pietertje en oom Piet. In De Groote Villa woonde de Ortskommandant met zijn gevolg. Laat nu het kunstgebit van die Ortskommandant in de wc vallen en via de wc in de septictank. Nu wilde het dat de zwager van tante Pietertje, naast boer ook loodgieter was en hij werd opgetrommeld om het gebit uit de septictank te halen! Annie ging vaak op het strand jutten. Er spoelden onder andere hout en bonken veen aan, afkomstig van de tijd dat Callantsoog nog verder in zee lag. De juttersafspraak was: hetgeen dat tegen het duin lag liet je liggen, want dat was al door een andere jutter neergelegd, wat hij/zij op de te rugweg in de'juttezak'stopte. Op een keer hakte Annie het hout en schoot de bijl uit op een knoest en nam de helft van haar duim mee. Een arts was er niet in Callantsoog, maar laat er toen net een arts bij hun overburen zijn. Deze heeft de duim gehecht en medicijnen gegeven. Annie mocht daar om voorlopig niet zwemmen en dat in hartje zomer! Annie werd in die periode ook bevriend met een Helders meisje, Bep Zomer, waar ze 's winters veel tijd op het strand mee doorbracht. Zomer 1941 vroeg de familie Kleerekoper, waar van ze het gemeubileerde zomerhuisje huurden voor 5 gul den per week, of ze andere woonruimte wilden zoeken. Nu, dat lukte. Tante Pietertjes broer, Piet Vos, was beheerder van alle zomerhuis jes in het dorp. Bewoners van het zomerhuis je De Wijde Bliek gingen naar het bejaar denhuis, dus zij erheen. Even later werden alle zomerhuis jes op die weg (Zeeweg) door de Duitsers gevorderd. De familie moest weer weg. Ditmaal wist oom Piet een geheel enkel houten huis, Koetilang aan de andere kant van het dorp. Aan de overzijde van de Koetilang was een dubbel houten zomerhuisje, De Distel, dat als een soort dorpshuis werd gebruikt. Hier werden onder andere films gedraaid door de familie Vos en sinterklaasfeest gevierd voor de schoolkinderen, Tames was dan Zwarte Piet. Opoe (Immetje Visser-Visser) was ook uit Den Helder gevlucht en woonde sinds 13/10/1940 bij hen in. Hun nieuwe huis was zo koud dat de dekens aan het bed vastgevroren zaten. Opnieuw bracht oom Piet redding, er was een zomerhuisje, Op de Nol op de Zeeweg, midden tussen door de Duitsers gevorderde huizen, vrijgekomen. Nood breekt wet, dus gin gen ze weer verhuizen. Daar hadden ze een terras achter het huis. Later dacht Annie dat het heel wat was voor haar ouders om steeds te verhuizen, zeker voor haar moeder! Ze kookten voornamelijk op een 'vuurduveltje', gestookt met in hoofdzaak hout, want kolen en petroleum waren op de bon. \:,*r Annie en Elly Klerekooper aan het bramen zoeken (zomer 1940)

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2017 | | pagina 19