Procuratie
Op heden den 24 April des jaars 1749 Compareerden voor mij
Jan Verleij, Notaris publicq bij den Ed:[elen] Hove van Holland,
geadmitteerd binnen Amsterdam resideerende
D.Ejdele] Pieter {p.3j
den 24 April 7 749
d' E. Pieter 't Hart, wonende op Calansoog,
dog sijnde praesent binnen deserstad, Dewelcke
verklaerde te constitueeren en magtig te maken
d'E. Pieter Sijmensz., wonende mede op Cal-
lansoog, omme in de naam van wegens den
comparant te compareeren voor den Ed. Agtb.jaren]
geregte van Calansoog voormeld, en aldaerna stijle Lomel?
op te draagen en te transporteerenaan ten
behoeve van Adriaan Doorn sijn Comparants
huijs en erve, staende en gelegen op tot Calansoog
voornoemd, te bekennen van de kooppenningen
voldaan te sijn, den laasten penning met den
Eersten, vrijwaringe te beloven en daarvoor des
Comparants persoon goederen te verbinden;
voorts de bedongen kooppenningen te ontfangen
en daarvoor te quiteeren jx Belovende den
comparant van meerdere te sullen houden doen
houden alle 't geene uijt kragte deses verrigt
sal werden onder verband als na regten.
Aldus gepasseert binnen Amsterdam in presentie
van Jacob de Wit Jan Groeneveld als getuijgen
Pieter 't Hart
Jacob de Wit
Jan Groenevelt
Jan Verleij
Not.s
Een dag later, s avonds de kloeke omtrent halfagt uuren
maken Pieter 't Hart en Trijntje Pieters, egtelieden,
wonende op Calantsoog, gesond van ligchaam en
hunne verstand wel gebruijekende, zoals allen klaarlijk bleek,
beiden de f. 2000,= gegoed, hun uijtterste wil/testament
op de langstlevendeetc. Folio 190-192,
met getuigen: Trintje Pieters
Pieter 't Hart
Pieter Sandbergh uit Medemblik
Jan Braak uit Spanbroek
Noot van de redactie:
*Callantsoog wordt op diverse manieren geschreven.
De plaatsnaam is herkenbaar door de markering.
**Hier is pas verderop sprake van Callantsoog. Hetzelfde
geldt voor de regesten genoemd onder 4,5 en 6, vandaar dat
we hier slechts datum en schipper noemen. Wellicht kunnen
we er in een volgende Clock iets uitgebreider over schrijven.
Op zaterdag 20 mei verzamelden wij extra vroeg in de
klaarstaande bus. We reden naar Overijssel. Het was
twee uur rijden naar Giethoorn en nadat we ons op een
kleine parkeerplaats gewurmd hadden, kregen we wij
in het restaurant koffie met appelgebak. Daarna namen
wij plaats in een rondvaartboot. De jonge schipper/gids
voer ons door de pittoreske grachten en voorzag alles van
passend commentaar. Zachtjes botsend tegen hoeken en
kaden zocht hij zijn weg tussen de andere boten en bo
tjes door. Na een uur varen waren we weer terug bij de
kade en stapten wij over op de bus. Deze bracht ons ver
der naar Genemuiden. Daar was een traditioneel tapijt
fabriekje in een lieflijk oud pand. Op de bovenste verdie
ping werd ons een eenvoudige lunch geserveerd. Na het
eten kregen we een filmpje te zien over het ontstaan van
de matten-industrie. Het hele dorp had er een bijverdien
ste aan door zelf biezen te verwerken tot matten. Later
werden er ook matten gemaakt van kokosvezels en sisal,
eerst handmatig en vanaf 1926 ook in fabrieken op weef-
machines. Momenteel wordt met tuftmachines kunststof
tapijt en kunstgras gemaakt.
Hierna werd de groep in tweeën gesplitst en werden wij
door een gids meegenomen om de diverse manieren van
matten en tapijten maken gedemonstreerd te krijgen. Er
waren nog diverse oud-werknemers om de weeftechnie-
ken op de ouderwetse machines te demonstreren en ook
enkele jongere mensen hadden er plezier in om iets am
bachtelijks te produceren. In het museumwinkeltje von
den de diverse matten en de vrolijk gekleurde geweven
tassen gretig aftrek.
Het was weer een geslaagde excursie met mooi weer en
een vrolijk gezelschap.